NUMMER 4 | JAARGANG 22 | APRIL 2025 PLATFORM VOOR HEEL BOUWEND NEDERLAND BOUWTOTAAL Sneller werken met innovatieve lijmsystemen Pag. 24 BEZOEK OOK DE WEBSITE WWW.BOUWTOTAAL.NL THEMA HOUTBOUW TOPKWALITEIT ALUMINIUM DAK- EN GEVELPRODUCTEN ALTIJD OP DE HOOGTE VAN HET LAATSTE BOUWNIEUWS? SCAN DE QR-CODE EN MELD U AAN VOOR ONZE GRATIS NIEUWSBRIEF!
Wij testen en demonstreren de nieuwste gereedschappen Als bouwprofessional weet je hoe belangrijk het is om met de juiste tools te werken om je werk snel en goed uit te voeren. Maar betrouwbare, up-to-date informatie over welke tools écht werken, is niet altijd makkelijk te vinden. Daarom biedt Tools & Equipment jou eerlijke video reviews. Zo kun jij goed bepalen of je écht die ene tool wil aanschaffen! maar... je volgt ons ook voor handige “tips van ton“. ... en gewoon leuke bouw content ;) tools & equipment - wij testen en demonstreren de nieuwste gereedscahappen @toolsandequipment volg ons @toolsequipment @toolseandquipmentnl
3 NUMMER 4 - APRIL 2025 ACTUEEL Houtbouw rukt op In 1980 ging ik op de MTS met mijn klas kijken naar de bouw van houtskeletbouwwoningen in Doetinchem. Dat was toen een bijzonderheidje. Tegenwoordig is houtbouw niet meer weg te denken uit de bouw, vooral bij geprefabriceerde woningen en bijvoorbeeld optoppen. Toch blijft er extra aandacht nodig bij deze bouwmethodiek. Houtbouw is niet bepaald nieuw. Wist je dat de houten staafkerk in het Noorse Heddal al rond 1250 is gebouwd? De kerk staat – weliswaar na enkele restauraties – nog steeds fier overeind. Het geeft al aan dat houtbouw ook zeer duurzaam kan zijn, in de zin van een lange levensduur. Houtbouw biedt veel voordelen, zoals CO2-opslag gedurende de levensduur en de hernieuwbaarheid, waarbij het hout natuurlijk uit duurzaam beheerde bossen moet komen. De afgelopen 30 jaar is het bosoppervlak in Europa zelfs gegroeid door actieve aanplant voor houtbouw. Hout isoleert verder en heeft als bouwmateriaal een relatief gering gewicht. Dat laatste biedt voordelen bij minder draagkrachtige ondergronden, optoppen, aanbouwen en vervoer. Door deze eigenschappen wordt houtbouw veel gebruikt bij industrieel vervaardigde woningen. RICHTLIJNEN Er is nog wel de behoefte aan duidelijke richtlijnen voor brandveiligheid. Op 15 april 2025 eindigde de publieke consultatieronde voor de NTA 6125 ‘Brandveiligheid massieve houtbouw’ – dat is een Nederlandse Technische Afspraak - voor brandveiligheid in massieve houtbouw. Bijzonder aan de NTA is dat deze uitgaat van behoud van het gebouw en dat bewoners op hun plek moeten kunnen blijven, terwijl elders de brand wordt bestreden. Dat vraagt een blijvende stabiliteit van het gebouw. In de huidige regelgeving wordt alleen uitgegaan van het veilig kunnen vluchten van bewoners en het voorkomen van brandoverslag naar naastgelegen panden. Betrokken houtbouwers vrezen dat de voorgestelde ‘vuurlast-voorschriften’ gepaard gaan met onnodig hoge kosten en ingrepen die de ontwerpmogelijkheden beperken. Opstellers van de NTA vinden van niet. Zij benadrukken dat het beperken van de omvang en uitbreiding van een brand in gebouwen, middels bijvoorbeeld compartimentering, altijd al een van de uitgangpunten is in regelgeving en voor de brandweer. Hout houdt de gemoederen dus bezig… INHOUD COLUMN ING. FRANK DE GROOT 9 22 04 Snel Gebouwd Razendsnelle schaalbare hoogbouw 05 Snel Gebouwd Column: bouwen is een mooi vak 06 Actueel Arbeidsinspectie lanceert campagne veilige rolsteigers 07 Actueel Den Haag Update en Bouwmonitor THEMA HOUT 09 Hout Corporaties koplopers in houtbouw 10 Hout Waar moeten CLT-constructies aan voldoen? 13 Hout Meest duurzame rijtjeshuis van Nederland 15 Hout Fabrieksmatige luchtdichting houtbouw 16 Hout Nieuws EN VERDER 22 Natuurinclusief bouwen Ecosysteem is zeker zo belangrijk als woning 23 Bouwvisie Eigen schuld 24 Bevestigingstechniek Sneller werken met innovatieve lijmsystemen 25 Kwaliteitsborging KOMO-certificaat bevordert biobased isolatie 26 Geluid Juiste detail voor aangenaam wonen 27 Bouwfouten Aantasting houten gevels 29 Bouwhelden Werkvoorbereider Jasper Bos 31 Bouwkosten Biobased dragende muur met hennep blokken 35 Afbouw Praktijkoplossingen Scheurvorming met ingefreesde vloerverwarming 36 Afbouw Nieuws 38 Productnieuws Nieuws Zwaarwerkregeling Bouw & Infra verlengd tot 2031 Goed nieuws voor medewerkers in de bouw- en infrasector: de zwaarwerkregeling wordt met vijf jaar verlengd tot 1 januari 2031. Met de zwaarwerkregeling kunnen medewerkers in de bouw & infra maximaal drie jaar vóór hun AOW-leeftijd stoppen met werken. Gedurende deze periode ontvang je als deelnemer een maandelijkse zwaarwerkuitkering tot aan je AOW-leeftijd. De verlenging is een direct gevolg van een landelijk akkoord tussen vakbonden, werkgevers en het kabinet over het behoud van de fiscale RVU-regeling (Regeling Vervroegd Uittreden). Deze regeling blijft na 2025 bestaan, wat een voorwaarde was voor het voortzetten van de zwaarwerkregeling. Cao-partijen hadden al eerder afgesproken om de zwaarwerkregeling Bouw & Infra met vijf jaar te verlengen, onder voorwaarde van die landelijke fiscale regeling. Goed nieuws dus. Dit betekent namelijk dat de zwaarwerkregeling met 5 jaar wordt verlengd tot en met 2030! Let op: Voor uitzendkrachten geldt de regeling tot en met 31 december 2025. Daarna bepalen cao-partijen uitzend of er een verlenging komt. DE CIJFERS De beslissing tot verlengen is een logische stap. Sinds de start van de zwaarwerkregeling in 2021 hebben al bijna 4.000 medewerkers in de bouw- en infrasector gebruik gemaakt van de regeling. Kijk voor meer informatie en de voorwaarden voor deelname: www.zwaarwerkregeling.nl.
PLATFORM VOOR HEEL BOUWEND NEDERLAND 4 SNEL GEBOUWD Razendsnelle schaalbare hoogbouw Snel gebouwd De kracht van prefab Met de plaatsing van de eerste kolom is begin maart 2025 de houtbouw begonnen van The Urban Woods in Delft. Dit is een iconisch project dat in rap tempo de weg vrijmaakt voor grootschalige duurzame hoogbouw in Nederland. “We zien in Delft nu al, hoe velen van ons straks wonen”, zegt Tim Vermeend, oprichter van The Urban Woods. De 31 meter hoge houten woontoren, zònder betonnen kern, wordt via een systematische repetitieve methode gebouwd. Het voldoet aan de veranderende behoefte en de bouw gaat 30 procent sneller dan traditioneel. TEKST EN BEELD: THE URBAN WOODS VAN DELFT NAAR DE REST VAN NEDERLAND The Urban Woods is een blauwdruk voor duurzame woningbouw. Na Delft staan steden als Deventer, Amsterdam en Groningen op de planning. “We hebben bewust gekozen voor een schaalbaar concept”, zegt Sebastian Monteban, medeoprichter van The Urban Woods. ”We delen onze technieken graag met de sector. Dit een mijlpaal voor Delft, maar het gaat veel verder; we ontvangen interesse vanuit Polen tot Amerika.” Naast de constructieve vernieuwing biedt The Urban Woods ook een nieuwe manier van wonen, met faciliteiten om te delen en aanpasbare ‘woonbundels’. Bewoners kiezen via een app aanvullende diensten zoals wasmachines, werkplekken, extra opslag of een gastenverblijf voor de nacht. Het speelt in op de groeiende behoefte aan flexibel en duurzaam wonen. Tegelijkertijd maximaliseert het comfort per vierkante meter. OVER THE URBAN WOODS The Urban Woods, winnaar van de Futureproof Building Award, is een vooruitstrevende woonformule die duurzaam, gezond en sociaal combineert. De woningen zijn netzero en circulair: houten casco’s met binnenwanden van vlas: 85% is herbruikbaar. De modulaire hightech huurhuizen bieden wonen, werken en ontspannen in één woonbundel met te allen tijde aan te passen extra’s. In Delft verrijst de eerste woontoren, zónder betonnen kern. Meer steden staan in de voorbereidingsfase. Wandel nu al door The Urban Woods op www.theurbanwoods.com. Van links naar rechts: Tim Vermeend en Sebastian Monteban van The Urban Woods en Meint Smith van Arcadis. “Dankzij onze nieuwe aanpak kun je met hout álle denkbare gebouwen maken. Constructies zijn eenvoudig en snel te repliceren. Eindelijk: uitrolbare biobased bouw tot wel vijftien lagen”, vertelt Tim Vermeend, vol enthousiasme. “We maken de gevel constructief. Zo kunnen we alle krachtenschema’s kwijt in de balken en wordt beton steeds meer overbodig. Het modulaire systeem is perfect voor verschillende locaties en toepassingen. Het is flexibel, functioneel en bovenal: eerlijk.” En dan, met knipoog; “Oók voor mensen.” AARDVERSCHUIVINGEN De vraag naar duurzame bouwoplossingen groeit explosief. “We zien grote veranderingen. Eerder al, sinds het Parijs akkoord. Ook door de verplichtingen van de EU Taxonomie, die straks dwingt CO2-impact te rapporteren, lijkt er helemaal een extra inzet te ontstaan. Investeerders staan hiermee meer onder druk om hun portefeuilles drastisch te vergroenen. Traditionele bouwmethoden voldoen straks niet aan de eisen. Nu is hier eindelijk een werkbare oplossing”, zegt Vermeend. ”We reiken de sector handvatten om in hoge kwaliteit te bouwen met respect voor de natuur. Nu de fundering ligt, bouwen we per drie dagen één woning. Het nieuwe wonen is dus nog sneller ook.” HOGE TORENS, LAGE VOETAFDRUK The Urban Woods Delft tonen de hoogste houtbouw in Nederland. Zelfs voor de liftschacht en voor de stabiliteit is hout gebruikt; dus geen beton. De woontoren heeft straks 102 woningen en tien verdiepingen. Circa 85 procent van de materialen is herbruikbaar. “Dit project bewijst dat we de CO2-uitstoot drastisch kunnen verminderen”, vertelt Meint Smith, ontwerper bij advies- en ingenieursorganisatie Arcadis, constructeur van het project. “Dankzij nieuwe technieken zoals bouwplaten van gerecycled hout en het slimme stabiliteitssysteem, is de ecologische voetafdruk minimaal. Toch kun je de hoogte in en blijft de indeling 100 procent flexibel. Tegelijkertijd verbeter je de woonkwaliteit. In hout wonen is aantoonbaar rustgevend en gezond.”
5 NUMMER 4 - APRIL 2025 ACTUEEL COLUMN JOHAN OLTVOORT Ik was laatst op onze bouwplaats in Lochem en ik hoorde een langslopende vrouw tegen haar kind in de kinderwagen zeggen: “kijk hier liggen de blokken al, ze gaan vast snel bouwen”. In de volksmond krijgen prefab betonnen funderingsplaten, balken en wanden de naam betonblokken en dat neem ik niemand kwalijk. Als kind heb ik ook veel met blokken van hout en plastic (Lego) gespeeld. Niet iets van een plaatje nabouwen, maar meer vanuit eigen fantasie uit je hoofd iets nabouwen. Daar heb ik eindeloos veel plezier aan gehad. Als je bouwwerk klaar was en je het, vol trots aan iedereen had laten zien, kon je het ook in een split seconde weer afbreken. Niet in de vuilnisbak, maar weer in de doos. Gesorteerd op kleur en afmeting en klaar voor de volgende uitdaging. Ik voel mij een bevoorrecht man, dat ik dat nu ook in de werkelijkheid mag doen. CIRCULAIRE BEDRIJFSHAL Op vakantie kan ik genieten van eeuwen oude Romaanse kerken. Die komen vanwege hun eenvoud indrukwekkend op mij. De constructie is duidelijk zichtbaar en in vergelijking met de kerken uit Renaissance werd er weinig uiterlijke opsmuk toegepast. Door het bovenstaande wordt duidelijk dat duurzaamheid en circulariteit belangrijk zijn om toekomstgericht te bouwen. Dat heeft mij geïnspireerd om naast de Bloqz, duurzame, circulaire en betaalbare woningen, ook een bedrijfshal te ontwerpen die aan diezelfde voorwaarden voldoet. Begonnen bij de fundatie. Deze is opgebouwd uit prefab betonnen platen en balken. Er is bewust gekozen voor deze oplossing zodat de begane grondvloer uitgevoerd kan worden als een geïsoleerde kanaalplaatvloer. Het alternatief zou een vloer en fundatie op het zand gestort zijn. Die oplossing is niet anders te recyclen dan door de vloer en fundatie te slopen, het puin te breken en weer gebruiken als grondstof voor beton. De kanaalplaatvloer wordt vanwege de hoge veranderlijke belasting voorzien van een druklaag. Voor het storten van de druklaag wordt deze voorzien van een folie zodat de druklaag zich niet aan de kanaalplaatvloer hecht. De ankers voor de kolommen zijn ingestort in de balken. Na het aangieten van de voetplaten worden de sparingen tot aan de bovenzijde van de kanaalplaatvloer aangevuld met schoon zand. Hierdoor is de staalconstructie bij demontage weer te verwijderen van de fundatie zonder te slopen. De wanden worden in staal en in beton uitgevoerd. Een deel van de betonwanden wordt uitgevoerd als moswand. Daar kom ik later nog wel op terug. Het is heel gaaf om het bouwen van zo dichtbij mee te maken. Iets wat in het hart zit, eerst via je hoofd met medewerking van anderen digitaal vastleggen. Dan komen de handen en het hoofd van de vakmensen die het geheel gaan concretiseren. Als het dan past en het voldoet aan je hartenwens, is de cirkel rond. Bouwen is een mooi vak. Johan Oltvoort Directeur Olbecon en Olcas Hij geeft maandelijks in BouwTotaal zijn visie op de rol van prefab in de bouw. Bouwen is een mooi vak San Michelle de Murato op Corsica. Circulaire bedrijfshal in aanbouw naast de Bloqz woningen in Lochem. Buitenwerker loopt tot drie keer meer kans op huidkanker Uit nieuw onderzoek van het Nationaal Huidfonds, uitgevoerd door de Universiteit van Maastricht, blijkt dat buitenwerkers* zich nauwelijks kwetsbaar voelen voor huidkanker. Door hun beroep lopen ze echter twee tot drie keer zoveel risico op het krijgen van huidkanker. Dit onderzoek geeft inzicht in de perspectieven waarom buitenwerkers zich wel of niet beschermen tegen de zon. Met die kennis kunnen passende oplossingen worden ontwikkeld. Het Nationaal Huidfonds roept werkgevers, werknemers en de overheid op om zonveilig buitenwerken vanzelfsprekend te maken. Foto: Frank de Groot. “We zien in het onderzoek dat buitenwerkers de risico’s van langdurige blootstelling aan de zon tijdens het werk onderschatten”, zegt Christel von Reeken, coördinator Preventie van het Nationaal Huidfonds. “Doordat de schade van de zon veelal niet direct zichtbaar is, voelt het risico voor hen minder concreet. Ze onderschatten niet alleen de kans dát ze huidkanker kunnen krijgen, maar ook de ernst ervan. Ze noemen het ‘een huidkankertje dat goed te genezen is’. Maar ze beseffen niet dat er elk jaar 80.000 nieuwe patiënten bij komen en er jaarlijks 1.000 mensen overlijden aan de ziekte.** Degenen die er niet aan overlijden moeten soms blijvend behandeld worden, met littekens op zichtbare plekken zoals in het gezicht tot gevolg.” BARRIÈRES Onderzocht werd wat de barrières waren, waardoor buitenwerkers zich niet beschermden tegen de zon. Niet alleen ontbreekt bij buitenwerkers een gevoel van kwetsbaarheid, er is ook onvoldoende kennis over zonkracht, verbrandingen en het verband tussen zonblootstelling en huidkanker, zo blijkt uit het onderzoek. Von Reeken: “Door buitenwerkers, maar ook in protocollen, wordt zonbescherming vooral gekoppeld aan temperatuur en niet aan zonkracht. In het vroege voorjaar is het vaak nog echt niet zo warm. Toch wordt het dan al zonkracht 3, waarbij de onbeschermde huid schade oploopt die kan leiden tot huidkanker. Maar zonbescherming wordt vaak als minder belangrijk gezien dan het werk zelf en maakt het ook nog geen onderdeel uit van de sociale norm onder buitenwerkers. Zoals een dakdekker zei: ‘Insmeren? Nee, daar heb ik geen tijd voor. Bovendien, ik ben toch niet bang voor een beetje zon?’ ” MOTIVATOREN Buitenwerkers die in hun omgeving iemand met huidkanker kennen of die kennis hebben over de schadelijkheid van UV-straling zijn volgens het onderzoek veel actiever om zich te beschermen tegen de zon. Een buitenwerker zei: ‘Dat gun je niemand, ook niet jezelf.’ “Ook als de werkgever zonbescherming agendeert en het belang ervan benadrukt, voelen de werknemers zich gesterkt om zichzelf te beschermen. Dat agenderen kan bijvoorbeeld via persoonlijke beschermingsmiddelen, rolmodellen of hitteprotocollen waarin zonkracht structureel is opgenomen”, aldus Von Reeken. Het Nationaal Huidfonds pleit voor een integrale aanpak, gericht op urgentie, educatie en omgevingsfaciliteiten, met co-creatie van oplossingen samen met de buitenwerkers. Startend met de mogelijkheid om schaduw te zoeken tijdens het werk, beschermende kleding als onderdeel van de werkroutine en het faciliteren van zonnebrandcrème door de werkgever. “Huidkanker is een ernstige ziekte, maar het is ook een ziekte die in de meeste gevallen te voorkomen is”, benadrukt Von Reeken “Laten we de handen ineenslaan en ervoor zorgen dat buitenwerkers zich bewust worden van de risico’s en de juiste maatregelen kunnen nemen om zich te beschermen.” * In het onderzoek zijn buitenwerkers met de volgende functies bevraagd: uitvoerder, monteur, meewerkend voorman, veiligheidsdeskundige, timmerman, maatvoerder, havenmeester, sluiswachter, medewerker groenvoorziening, medewerker milieustraat, chauffeur hijskranen, medewerker wijkbeheer, facilitair beheerder, medewerker veegmachine. ** bron: IKNL cijfers 2024 / CBS
PLATFORM VOOR HEEL BOUWEND NEDERLAND 6 Nederlandse Arbeidsinspectie lanceert campagne voor veilige rolsteigers De Nederlandse Arbeidsinspectie wil dat er veiliger wordt gewerkt op hoogte. Daarom start de Arbeidsinspectie een campagne om veilig te werken met rolsteigers, die worden gebruikt door bijvoorbeeld schilders, timmerlieden en leggers van zonnepanelen. Vallen van hoogte is met 52 procent veruit het vaakst voorkomende ongevalstype in de bouw. Ook met rolsteigers gebeuren regelmatig ongelukken, variërend van relatief onschuldig tot meldingplichtig, zoals bij een ziekenhuisopname en blijvend letsel. Werk- Het rode label is om aan te geven dat de rolsteiger onveilig is opgebouwd en om de gebruiker te waarschuwen. gevers zijn verplicht om de risico’s voor vallen van hoogte zoveel mogelijk te beperken. ONGEVALLEN MET ROLSTEIGERS Ongevallen met rolsteigers gebeuren vaak doordat de handleiding van de rolsteiger niet wordt gevolgd, of het materiaal verkeerd wordt gebruikt en of de juiste veiligheidsmaatregelen niet worden genomen. Zo komt het voor dat de rolsteiger niet stabiel staat en omvalt. Daarnaast vallen mensen van rolsteigers omdat de leuningen ontbreken of omdat ze hun evenwicht verliezen terwijl ze aan de buitenkant omhoog klimmen. Er gebeuren ook ongevallen waarbij omstanders worden geraakt door voorwerpen die van een rolsteiger vallen. De Arbeidsinspectie handhaaft bij (val) gevaar. Inspecteurs leggen de werkzaamheden stil als er ernstig gevaar dreigt door bijvoorbeeld het ontbreken van leuningen. Er volgt onherroepelijk een boete als dit gevaar dreigt en er medewerkers aan het werk zijn. De boete is afhankelijk van diverse factoren, zoals de grootte van het bedrijf en wat de werkgever heeft gedaan om te voorkomen dat het ongeval gebeurt. Ook kan er een stillegging worden opgelegd als niemand op dat moment nog op de steiger staat. GROENE EN RODE LABELS Nieuw bij deze campagne is het gebruiken van rode en groene labels om zoveel mogelijk mensen die de steiger gebruiken te bereiken. De labels worden gebruikt als inspecteurs niet kunnen achterhalen van wie de steiger is. Het rode label (zie foto) is om aan te geven dat de rolsteiger onveilig is opgebouwd en om de gebruiker te waarschuwen. Ook staat erbij welke gebreken er zijn geconstateerd, zoals gebrekkige verankering of een te zware belasting op de rolsteiger. Op het label staat een QR-code die leidt naar de website van de Arbeidsinspectie met meer informatie over het veilig opbouwen en gebruiken van een rolsteiger. Het groene label is om aan te geven dat de rolsteiger veilig is opgebouwd en de bouwer ervan een compliment te geven. NOG NOOIT GEVALLEN De campagne ‘Da’s pas veilig’ loopt in heel 2025 en gaat over alle typen werken op hoogte. Het thema waarmee de campagne begint is de rolsteiger. Stephan van Puffelen, projectleider goed werkgeverschap bij de Arbeidsinspectie: “Wat je nog vaak hoort, is dat iemand die met rolsteigers werkt tegen ons zegt: dat gebeurt mij niet, ik ben er nog nooit vanaf gevallen. Dan is mijn reactie: precies, daarom zit jij er nog, maar degene die wél is gevallen, werkt niet meer. Met het label, dat is bedacht door één van onze inspecteurs, willen we de bewustwording vergroten van de risico’s bij het werken op hoogte.” De Arbeidsinspectie controleert of het werk in de bouw- en onderhoudssector een gezonde, veilige en eerlijke manier wordt uitgevoerd. En wat werkgevers doen om dit op langere termijn te borgen. Een arbeidsongeval moet direct worden gemeld als het slachtoffer wordt opgenomen in het ziekenhuis, als er sprake is van blijvend letsel of als het slachtoffer is overleden aan de gevolgen van het ongeval. Potentie biobased isolatie onvoldoende benut Houtvezelisolatie. Foto: ORGA Bouw. Isolatiematerialen van natuurlijke oorsprong, ook wel biobased isolatie genoemd, zijn zeer geschikt voor toepassing in gebouwen, zoals woningen en kantoren. De biobased isolatie zorgt voor een beter binnenklimaat en helpt in het verlagen van de negatieve impact op het klimaat. De bekendheid en toepassing bij bouwbedrijven en consumenten blijft echter achter in vergelijking tot conventionele isolatie. Dat blijkt uit onderzoek van Natuur & Milieu in samenwerking met ASN Bank. Er bestaan onder meer twijfels over de prestatievoordelen en brandveiligheid van biobased isolatie. Maar als de bekendheid groeit en misverstanden uit te weg worden geruimd, hoeft volgens de onderzoekers niets de potentie van biobased isolatie in de weg te staan. Voor het verduurzamen van gebouwen is de komende jaren in ieder geval een enorme hoeveelheid isolatiemateriaal nodig. Zo is er in de afgelopen jaren gemiddeld 28 miljoen vierkante meter aan isolatiemateriaal per jaar toegepast (RVO 2023). Dat is meer dan tien voetbalvelden per dag; een hoeveelheid die de komende jaren alleen maar zal stijgen. Nu nog domineren kunststofschuim, glas- en steenwol de markt. Bij de productie van die materialen wordt veel (fossiele) brandstof gebruikt en komt veel stikstof vrij. Biobased isolatiematerialen, zoals houtvezel en stro, zijn uitstekende vervangers, want ze stoten minder CO2 uit in productie en slaan zelfs CO2 op. Nationale Aanpak Biobased Bouwen De overheid wil dat het aandeel biobased isolatie groeit, om zo de milieu- en klimaatimpact van de bouwsector te verlagen. In het programma ‘Nationale Aanpak Biobased Bouwen’ staat dat over vijf jaar (2030) van alle na-isolatie in de bestaande woningbouw 30 procent biobased moet zijn. Uit het onderzoek van Natuur & Milieu blijkt dat biobased materialen nu een klein gedeelte vormen van de omzet van isolatiebedrijven. Veel bedrijven hebben (nog) onvoldoende kennis over biobased materialen. Ze twijfelen daardoor aan de kwaliteit en nemen soms hogere marges om veronderstelde risico’s af te dekken. BIOBASED ISOLATIE HEEFT POTENTIE Natuur & Milieu deed samen met ASN Bank onderzoek naar het gebruik van biobased materialen onder ruim tweeduizend woningeigenaren, een aantal onafhankelijke deskundigen en verschillende isolatiebedrijven. Wat blijkt? Biobased materialen sluiten aan bij een belangrijk deel van de wensen van consumenten: de toepassing is vaak simpel, snel en relatief goedkoop. Bovendien groeit het aantal bedrijven in de bouw- en installatiesector dat biobased materiaal als een concurrerend product ziet vanwege de toepassingsvoordelen. Grote bedrijven bieden biobased materialen ook aan om, zoals ze zelf aangeven, de boot niet te missen in een markt die snel verandert. INFORMEER ISOLEERDERS EN CONSUMENTEN Het onderzoek laat zien dat als er met woningeigenaren gesproken is over de verschillende isolatiematerialen die toegepast kunnen worden, zij sneller zijn geneigd om voor biobased te kiezen. Als er gesproken is over biobased isolatiematerialen, blijkt de keuze voor biobased isolatie zelfs 4 tot 5 keer vaker positief te zijn. 45% van de ondervraagden kiest biobased wanneer biobased is aangeraden, vergeleken met 8% wanneer er niet over materialen is gesproken. Natuur & Milieu benadrukt daarom het belang van goede voorlichting aan zowel woningeigenaren als isolatiebedrijven en aannemers. Dit zal het vertrouwen in de producten doen groeien bij isoleerders. Met de juiste kennis kunnen zij de keuze voor biobased stimuleren bij consumenten. Koepelorganisaties en de uitvoeringsorganisatie van de nationale aanpak biobased bouwen kunnen daarin een voorstrekkersrol vervullen door te blijven werken aan certificering en informatievoorziening richting bedrijven. Isolatiebedrijven kunnen onderling elkaar beter ondersteunen door best practices te delen om zo de toepassing te vergemakkelijken en daarmee de kosten te verlagen. Het licht staat op groen: biobased isolatie kan snel een belangrijke plek innemen in de isolatiemarkt, waarmee het doel van 30 procent toepassing in 2030 in zicht zou komen. Het onderzoek downloaden? Ga naar https:// natuurenmilieu.nl/publicatie/de-potentie-van-biobased-isolatie/.
7 NUMMER 4 - APRIL 2025 ACTUEEL Den Haag update Nieuws vanaf het Binnenhof MEER GELD VOOR EXTRA WOONLAGEN Gemeenten kunnen sinds 3 februari weer flex- en transformatiewoningen financieren met de Stimuleringsregeling Flex- en Transformatiewoningen (SFT). Voor het eerst kunnen zij de regeling ook benutten voor het optoppen van woningen. Daarbij worden veelal één of twee verdiepingen aan een bestaande woongebouw toegevoegd. De SFT is op meer punten verbeterd: het bedrag per woning is verhoogd van € 7.800,- naar € 14.000,-. In 2025 is het totale budget € 77,8 miljoen. Dat is € 3,4 miljoen meer dan in 2024. De regeling staat de rest van het jaar open voor aanvragen. BETER AANSLUITEN OP WENSEN De regeling is aangepast zodat deze beter aansluit op de wensen van gemeenten en corporaties. Via een internetconsultatie konden zij suggesties geven voor verbetering van de SFT. Het bleek dat de termijn om met de bouw te starten voor veel gemeenten te kort was. In plaats van een jaar moet een project nu binnen 1,5 jaar starten. Ook is er geen maximum meer aan het totale te ontvangen bedrag. Dit komt vooral voor gemeenten met een grote woonopgave van pas. VERDIEPINGEN TOEVOEGEN Het rijk wil naast flexwoningen en transformatie van bestaande gebouwen ook optopprojecten verder brengen. Zo ontwikkelen gemeenten in korte tijd meer woningen. De extra woonlagen komen bovenop de daken van woningen, winkels of kantoren. Dat vraagt om lichte bouwmethoden, zoals houtbouw. Optoppen is daarmee een innovatieve manier van bouwen die nog niet vaak voorkomt. Het is vaak ingewikkeld dit soort projecten in een bestaande omgeving in te passen, bijvoorbeeld omdat het bouwoverlast geeft in woonbuurt. Met de SFT kunnen gemeenten de ontwikkeling van optopprojecten versnellen. Meer informatie? https://tinyurl.com/26aotz23. ORDERBOEKEN WONINGBOUWERS GOED GEVULD Door de toenemende verkopen van nieuwbouwwoningen en een toename van het aantal bouwvergunningen zijn ook de orderboeken van woningbouwers weer flink beter gevuld. In november 2024 bereikten deze het recordniveau met 14,5 maanden werk. Begin 2025 was dit wel licht gedaald tot 14,0 maanden, maar nog steeds op een zeer hoog niveau. In dezelfde maand een jaar eerder bedroegen deze nog slechts 12,5 maanden. De orderboeken lijken niet alleen door de aantrekkende woningbouw toe te nemen, ook structureel zijn de orderboeken steeds beter gevuld. Hier zien we verschillende redenen voor: • Orderboeken van woningbouwers bestaan niet alleen uit nieuwbouw, maar ook uit renovatie en verduurzaming. De structurele groei in deze laatste deelsectoren (renovatie & verduurzaming) is stabieler en hoger waardoor ook het aandeel hiervan in de totale woningbouw is toegenomen. • Door de structureel toenemende personeelstekorten en meer zzp’ers kunnen bouwbedrijven met dezelfde hoeveelheid werk meer maanden vooruit (orderboeken worden in maanden werkvoorraad gerekend) doordat hun vaste kern van werknemers relatief kleiner is geworden. • Projecten zijn in de afgelopen jaren complexer in de uitvoering geworden waardoor ze meer werk opleveren en langer duren. BOUWMONITOR B&U Maurice van Sante ING Research maurice.van.sante@ing.com Frank de Groot Hoofdredacteur BouwTotaal frank@handelsuitgaven.nl ‘Van land tot pand’: vernieuwende aanpak voor circulair bouwen Officiële start zaaien tarwe. Koopmans Bouwgroep zet een belangrijke stap naar een duurzamere bouwsector. Dankzij een samenwerking met Building Balance en BioBlow ontstaat een volledig lokale en circulaire productieketen: van akker tot woning. Momenteel groeit er tarwe op een akker van het bouwbedrijf bij project De Kreekvelden in Almere. In de zomer wordt deze tarwe geoogst en verwerkt tot biobased isolatiemateriaal voor de eigen woningen. Dit initiatief draagt concreet bij aan een groenere en circulaire bouwsector. De ontwikkelende bouwer is zich bewust van de noodzaak om de CO2-voetafdruk drastisch te verlagen om binnen de 1,5 graad opwarming te blijven, zoals vastgelegd in de klimaatdoelen van Parijs. Om deze uitdaging aan te gaan, werkt het bouwbedrijf samen met Building Balance. Zij zijn een landelijke initiatief gestart, ‘van land tot pand’. Daarbij worden gewassen die op het land worden verbouwd, ingezet als biobased materialen in de bouw. Op een akker van Koopmans bij project De Kreekvelden is tarwe gezaaid. Na de oogst wordt het stro in balen vervoerd naar BioBlow. Deze gespecialiseerde verwerker maakt er gecertificeerd isolatiemateriaal van. Dit wordt vervolgens toegepast in bouwprojecten van Koopmans, waarmee een duurzame productieketen wordt gerealiseerd. DUURZAAM EN EFFICIËNT Deze aanpak biedt meerdere voordelen. Het telen en verwerken van tarwe tot isolatiemateriaal vergt weinig CO2, terwijl de plant tijdens de groei juist CO2 opslaat. Bovendien worden transportbewegingen beperkt door de hele keten zo lokaal mogelijk te organiseren. “Wij geloven dat het ‘van land tot pand’-principe een grote bijdrage levert aan de verduurzaming van de bouwsector. Dit initiatief verlaagt niet alleen de CO2-uitstoot en stimuleert duurzaam bouwen, maar biedt ook nieuwe verdienmodellen voor boeren. Zo werken we samen aan een circulaire en toekomstbestendige bouwsector”, aldus Bertil Poelman, directievoorzitter van Koopmans Bouwgroep.
Laat je inspireren op celdex.nl Luchtdicht Bouwen begint met Celdex Dé afdichtingsspecialist voor de prefab bouw & industrie.
9 NUMMER 4 - APRIL 2025 THEMA HOUT Corporaties koplopers in houtbouw Houtbouw zit in de lift bij corporaties. Uit de benchmark van de vereniging van woningbouwcorporaties Aedes blijkt dat het aandeel hout in de nieuwbouw van 2022 naar 2023 van 4% tot 8% is toegenomen. Corporaties kunnen met houtbouw snel voorzien in betaalbare woonruimte en tegelijkertijd bijdragen aan een verdere verduurzaming van de bouw. De verwachting is dat de groei van houtbouwprojecten doorzet. TEKST: PETER FRAANJE, BUILT BY NATURE AMSTERDAM Tot 2030 zijn er 250.000 nieuwe woningen nodig in de sociale huursector en 50.000 corporatiewoningen in het middenhuursegment. Om deze doelen nog te halen is een versnelde groei van de woningbouwproductie nodig richting meer dan 40.000 sociale huurwoningen per jaar. Corporaties bouwden in 2023 in totaal 17.801 nieuwbouwwoningen. In de eerste helft van 2024 werden 8.200 corporatiewoningen opgeleverd, een kwart van de nationale nieuwbouwproductie. Door in hout te bouwen komen woningen sneller beschikbaar en is opschaling mogelijk. Als ‘De Bouwstroom’ (programma helpt woningcorporaties om sneller, slimmer en goedkoper te bouwen) initiatieven in Noord- en Zuid-Holland en in Brabant echt kiezen voor hout kan het snel gaan. De CO2-uitstoot als gevolg van bouwen en bewonen ligt bij houtbouw al gauw 40-50% lager dan conventioneel. Bovendien wordt koolstof voor lange tijd opgeslagen in houten constructies, waardoor CO2-uitstoot lang wordt uitgesteld. Niet onbelangrijk voor corporaties is dat houtbouw inmiddels ook kostenconcurrerend geworden in vergelijking met conventionele bouwmethoden. Dit blijkt zowel uit de Aedes benchmark als uit onderzoek voor Built by Nature. Met houtbouw kun je goed emissieloos en stikstofvrij bouwen en de overlast minimaliseren. Veel nieuwe houtbouwprojecten zijn in voorbereiding, terwijl de projectomvang toeneemt. Bewoners zijn positief over het wooncomfort van houten woningen. Inmiddels hebben meer dan zestig woningcorporaties ervaringen opgedaan met houtsysteembouw. In dit artikel volgt een overzicht van recente seriematige betaalbare houten nieuwbouwprojecten, gerangschikt per Provincie. NOORD-HOLLAND Op 11 februari 2025 is officieel gestart met de bouw van 179 nieuwe houten woningen en een kantoor voor Elan Wonen in Haarlem. Dit project - Pasteur genaamd – is ontworpen door FARO architecten en omvat 155 sociale huurwoningen en 24 woningen in het middensegment. De bouw, uitgevoerd door HBB Groep, bestaat grotendeels uit modulaire houtbouw geleverd door Finch. De eerste woningen worden begin 2026 opgeleverd. In opdracht van Ymere in december 2024 officieel gestart met de bouw van een markante houten woontoren van tien verdiepingen in Haarlem Oostpoort. Het gaat om een woongebouw met honderd betaalbare sociale huurwoningen. Eerder werden voor Ymere eind 2024 63 houten flexwoningen van Moos gerealiseerd aan de Appelweg in Amsterdam Noord. De twee modulaire woongebouwen zijn binnen negen maanden opgeleverd en verhuurd. Nog in 2025 wordt in opdracht van Ymere gestart met de assemblage van een houten woongebouw met 49 appartementen op Centrumeiland in Amsterdam IJburg. Habion en geWOONhout hebben begin 2025 een intentieovereenkomst getekend voor de bouw van een duurzaam houten wooncomplex van minimaal 40 levensloopbestendige appartementen aan het Robert Kochplantsoen in Amsterdam. In 2024 is de Houten Leeuw door bouwbedrijf de Nijs opgeleverd, het eerste houtbouwproject van Stadgenoot. Het vierlaagse woongebouw in Amsterdam West biedt plaats aan 53 studioappartementen voor jongeren. De bouwtijd nam amper een jaar in beslag, voor de buurt was er minimale overlast. Voor woningcorporaties Stadgenoot en de Alliantie worden in Amsterdam door Barli 115 houten modulaire woningen geleverd in project Maskerade op Strandeiland. De woningen hebben ook houten gevels, galerijen en balkons. Brasa Village is een initiatief van drie Amsterdamse woningcorporaties: Rochdale, Ymere en Eigen Haard in het kader van de Noord-Hollandse Bouwstroom. Het project bestaat uit in totaal dertien gebouwen met in totaal 520 appartementen in Amsterdam-Zuidoost, aan de rand van het Brasapark op de A9. De betaalbare geprefabriceerde en deels houten woningen zijn voor bewoners uit de buurt, starters, studenten, jongeren, statushouders en beoefenaars van maatschappelijke beroepen. De assemblage van de eerste woongebouwen is begin 2025 in volle gang, de modules worden geleverd door Moos, Homes Factory en Ursem/Heddes. Een achtlaags houten woongebouw gaat deel uitmaken van Brasa Village. Er is ook gestart met de voorbereidingen voor het eerste deelproject van de houten woonwijk aan het Nelson Mandelapark in Amsterdam Zuidoost. Eigen Haard gaat er 288 betaalbare appartementen verhuren naar een ontwerp van Studio Nauta en geleverd door Treetek. De assemblage zal in 2028 starten. Er worden negen bouwblokken gerealiseerd met 700 houten woningen. Voorts worden er in opdracht van Eigen Haard 28 CLT-houten seniorenwoningen gebouwd in het plan Meer en Vaart aan de Sloterplas in Amsterdam. In Zaanstad heeft Eigen Haard een houtbouwproject in Kreekrijk in voorbereiding. Woonwaard heeft het (nu nog grootste) modulaire houtbouwproject van Nederland al weer twee jaar in beheer. Het gaat om een woongebouw aan de Koelmalaan in Alkmaar met 129 appartementen, opgebouwd uit 260 houten CLT-modules geleverd van Finch Buildings en gemaakt door De Groot Vroomshoop. Aan de Tuinfluiter in Heerhugowaard heeft Bouwbedrijf Ooijevaar in 2024 samen met Finch 30 appartementen gerealiseerd. De ruim 50 in de fabriek gemaakte woonmodules zijn in elf dagen geplaatst en gemonteerd. Al eerder - in 2021 - realiseerde Finch voor de Wooncompagnie binnen negen maanden een modulair houten woongebouw met 62 appartementen in Monnickendam. G&O en Slokker Vastgoed hebben een akkoord bereikt over de ontwikkeling van het nieuwbouwproject De Wandeling in Muiden, gemeente Gooise Meren. Het gaat om negentig houten woningen, waarvan 25 koopwoningen en 65 betaalbare huurappartementen voor de woningcorporatie. De bouwstart staat gepland voor begin 2025. Alle woningen en appartementen krijgen een bamboe gevel. De woningen krijgen een A+++ energielabel. De doelgroep voor de woningen is met name senioren. In de Bomenbuurt in Wormerveer zullen in opdracht van Parteon acht modulaire houtbouw woningen worden geassembleerd. De woningen worden grotendeels in de fabriek geprefabriceerd, waarna Heembouw de woningen (concept Slimm) op locatie afbouwt. In dezelfde buurt worden dit jaar ook 28 BeBo (beneden-boven) houtskeletbouwwoningen met een bakstenen gevel gebouwd. OVERIGE PROVINCIES Nieuwsgierig naar betaalbare houten nieuwbouwprojecten in jouw provincie? Bekijk het complete overzicht van recente seriematige projecten – netjes per provincie gerangschikt – door de QR-code te scannen! Over de auteur: Peter Fraanje werkt bij netwerkorganisatie Built by Nature, dat zich richt op versnelling van de transitie naar duurzame houtbouw in Europa. Heeft u vragen over houtbouw of staat uw corporatie of uw seriematige houtbouwproject niet in bovenstaand overzicht? Mail Peter Fraanje p.fraanje@builtbn.org. Bronnen: • Aedes Benchmark 2024 https://benchmark.aedes.nl/editie-2024/nieuwbouw • https://aedes.nl/de-bouwstroom Woonwaard heeft het (nu nog grootste) modulaire houtbouwproject van Nederland in beheer. Het woongebouw aan de Koelmalaan in Alkmaar heeft 129 appartementen, opgebouwd uit 260 houten CLT-modules. Deze zijn geleverd door Finch Buildings en gemaakt door De Groot Vroomshoop. Beeld: Finch Buildings. Brasa Village van Rochdale, Ymere en Eigen Haard. Dertien gebouwen met in totaal 520 appartementen in Amsterdam-Zuidoost. Op foto assemblage eerste houten woongebouwen met modules van Ursem/Heddes. Foto: Ursem. Voor woningcorporaties Stadgenoot en de Alliantie worden in Amsterdam door Barli 115 houten modulaire woningen geleverd in project Maskerade op Strandeiland. Beeld: Barli.
PLATFORM VOOR HEEL BOUWEND NEDERLAND 10 Waar moeten CLT-constructies aan voldoen? De toepassing van CLT (Cross Laminated Timber) in bouwconstructies neemt de laatste jaren snel toe. Passende regelgeving voor CLT ontbreekt echter en documentatie hierover is nog maar mondjesmaat beschikbaar. Daardoor is het voor ontwerpers, constructeurs en bouwers lastig om op veilige wijze CLT-constructies toe te passen. Gelukkig is er een Richtlijn Toepassing Bouwconstructies in CLT die een handreiking biedt aan ontwerpers en bouwers. TEKST: ING. FRANK DE GROOT Het ultieme voorbeeld van houtbouw met CLT (kruislaaghout, zie verderop) is het in 2022 opgeleverde HAUT in Amsterdam: een hybride houten gebouw van 73 meter hoog en met 21 verdiepingen. Het grootste houten-hybride gebouw ter wereld staat straks echter in Eindhoven: The Dutch Mountains. Het gebouw bestaat straks uit twee torens, van 133 en 96 meter hoog, die op plintniveau met elkaar zijn verbonden door een gemeenschappelijk atrium. De oplevering staat gepland in 2030. Kortom: CLT is in opkomst. Maar waar vinden we reken- en ontwerpregels voor construeren met CLT? Een goede handleiding is de Richtlijn Toepassing Bouwconstructies in CLT uit 2022. Maar deze is onvoldoende bekend bij vooral ontwerpende en uitvoerende disciplines. Ook voor het Bouwtoezicht, die de houtbouwconstructies moet controleren, is het vaak lastig om CLT-constructies te toetsen aan de bouwregelgeving. De richtlijn is ontstaan op initiatief van Ingenieursbureau Goudstikker de Vries. Zij moesten iedere keer Bouwtoezicht overtuigen dat veilig geconstrueerd kan worden in CLT, hoewel er nog geen regelgeving voor CLT is. Uiteindelijk heeft het ingenieursbureau het Centraal Overleg Bouwconstructies (COBc) benaderd met de vraag: ‘Kan er geen COBc document worden opgesteld voor constructies in CLT, zodat Goudstikker de Vries niet iedere keer het zelfde verhaal moet houden bij Bouwtoezicht?’ Bij het COBc - onderdeel van de Vereniging BWT Nederland - zijn bijna alle gemeentelijke constructeurs aangesloten. In samenspraak met constructeursvereniging VNConstructeurs, zijn ook adviesbureau Lüning en Geert Ravenhorst van TU Delft aangeschoven bij de COBc werkgroep ‘Construeren in CLT’, die de richtlijn hebben opgesteld. WAT IS CLT? Maar wat is CLT? CLT wordt ook wel kruislaaghout genoemd. Uit gesorteerde houten planken worden grote platen gemaakt. Deze ‘lamellen’ worden door middel van vingerlassen op de gewenste lengte gemaakt en kruislings verlijmd in drie, vijf of zeven lagen. Dit verschilt per leverancier. De opbouw is altijd symmetrisch. Er ontstaat door deze bewerkingen een groot formaat gelamineerd houten paneel. De afmetingen zijn variabel, afhankelijk van de leverancier. De panelen zijn meestal 3 x 14 meter, maar kunnen maximaal circa 3,50 x 16,00 meter zijn. De dikte van de panelen kan variëren tussen 80 mm in drie lagen tot 350 mm in zeven lagen. HERZIENING EUROCODE 5 Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) zijn gevolgklassen geïntroduceerd. Deze gevolgklassen zijn overigens niet geheel gelijk aan die van de Eurocode. De gevolgklassen geven het risicoprofiel van een gebouw aan. Er zijn drie gevolgklassen: • Gevolgklasse 1: Beperkte persoonlijke gevolgen bij calamiteiten, zoals bij woningen en eenvoudige bedrijfsgebouwen. • Gevolgklasse 2: Reële kans op persoonlijke gevolgen, zoals bij openbare gebouwen, onderwijsgebouwen en woongebouwen tot 70 meter hoog. • Gevolgklasse 3: Kans op aanzienlijke persoonlijke gevolgen, zoals bij metrostations, voetbalstadions, ziekenhuizen en gebouwen hoger dan 70 meter. De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) heeft betrekking op gevolgklasse 1. CLT kan echter worden toegepast in de gevolgklassen 1, 2 en 3. Voor het ontwerpen met CLT zal al snel worden gekeken naar NEN-EN 1995: Eurocode 5, Ontwerp en berekening van houtconstructies. Maar in de huidige versie van Eurocode 5 ontbreken nog de rekenregels voor CLT. In de nieuwe Eurocode 5, waarvan de ontwerpversie (prEN) in 2023 is gepubliceerd, is CLT wel volledig geïntegreerd. Naast het opnemen van CLT zullen in de nieuwe Eurocode 5 eveneens regels worden opgenomen voor hout/beton-composiet constructies. Eind 2027/begin 2028 is voorzien dat de nieuwe Eurocode met Nationale bijlage beschikbaar zal zijn voor gebruik in de praktijk. De komende jaren zijn er dus nog geen door het Bbl aangestuurde rekenregels. Tot de publicatie van de nieuwe Eurocode 5 met Nationale Bijlage is het construeren en beoordelen van CLT bouwconstructies verantwoord door gebruik te maken van de combinatie van: • Normen, en • European Technical Assessments (ETA’s) en European Assessment Documents (EAD’s), en • Wetenschappelijke state of the art publicaties. BEZWIJKMECHANISMEN De stijfheid van CLT moet gereduceerd worden ten opzichte van de stijfheid van het massieve / homogene materiaal hout. Door de opbouw van CLT moet in de beschouwde doorsnede de correcte spanningsverdeling worden aangehouden. Er moet controle zijn op buiging als plaat, dan wel als balk en controle op (rol)schuifspanning. Let ook op verminderde dwarskracht capaciteit bij platen door rolling shear en controleer op knik, stabiliteit en robuustheid. Let daarbij op de verbindingen en op de details ten behoeve van geluidwering / akoestiek. Controleer tot slot de oplegdrukken. Ten aanzien van trillingen rekening houden met Hoofdstuk 7.3.3. in NEN-EN 19951-1 (Eurocode 5, Ontwerp en berekening van houtconstructies). Hoewel het aspect trillingen niet wordt aangestuurd door het Bbl, wordt sterk aanbevolen aan trillingen aandacht te besteden. Controleer bij vloeren ook de eigenfrequentie. LEVENSDUUR De ervaring met de levensduur van CLT constructies is korter dan 30 jaar. Aangezien CLT in basis kan worden vergeleken met gelamineerd hout (positieve ervaring met de levensduur daarvan is 50 jaar en meer) kan voor CLT constructies in klimaatklasse 1 worden uitgegaan van de levensduur van 50 jaar. Let hierbij op de aanwezigheid van vochtige binnenlocaties (onder andere keuken, badkamer, toilet). Door onjuiste detaillering en vaak in combinatie met slechte uitvoering kunnen (verborgen) lekkages ontstaan, die een nadelige invloed hebben op de duurzaamheid. Bij toepassing van CLT constructies in klimaatklasse 2 moet worden aangetoond dat voldaan wordt aan de duurzaamheid. CLT constructies niet toepassen in klimaatklasse 3. De producent moet verder in de ETA of (bij verplichte CE-markering) de DOP aangeven welke lijm van toepassing is op welke In opdracht van Woonstad Rotterdam is in 2024 houten woongebouw ‘Valkensteyn’ verrezen van twaalf verdiepingen en 40 meter hoog in de wijk Pendrecht. Foto: LinkWood. HAUT in Amsterdam: een hybride houten gebouw van 73 meter hoog en met 21 verdiepingen. Foto; Jannes Linders. CLT Constructie. Foto: Ruud van Herpen.
11 NUMMER 4 - APRIL 2025 THEMA HOUT specifieke CLT bouwconstructie producten. Om aan te tonen dat de lijm constant blijft (niet veroudert), voert de producent op CLT producten versnelde verouderingsproeven uit. Dit wordt beschreven in de interne kwaliteitscontrole van de producent. De belangrijkste invloeden waardoor lijm kan degraderen zijn vochtverschillen en UV. Het basismateriaal en de lijm zijn niet anders dan in gelamineerde constructies. Bij gelamineerde constructies zijn geen voorbeelden van andere vormen van degradatie bekend dan bij massief hout. BRANDGEDRAG Een belangrijk aspect bij toepassing van CLT en massieve houtbouw is natuurlijk het brandgedrag. Voor bouwwerken in gevolgklasse 2 en 3 moet de beoordeling op brandgedrag worden uitgevoerd door bevoegd gezag, met advisering van een brandveiligheidsdeskundige. In de beschouwing moet minimaal het volgende worden meegenomen: • veiligheid van het gebouw; • veiligheid van de brandcompartimenten; • veiligheid van de sub compartimenten; • veiligheid van de vlucht- en aanvalsroute; • veiligheid van de omgeving. Let daarbij op dat bij CLT bouwconstructies de vloeren en wanden een dubbele functie hebben: draagconstructie én scheidingsconstructie van (sub) brandcompartimenten. Voor CLT geldt brandklasse D. Raadpleeg voorlopig de conceptversie (prEN) voor de nieuwe Eurocode 5 (met Nationale Bijlage beschikbaar voor gebruik in de praktijk in 2027/2028) en de laatste state of the art documenten, onder andere ‘Fire safety in timber buildings, technical guideline for Europe’ en NTA 6125 ‘Brandveiligheid in massieve houtbouw’ (lag tot 15 april ter consultatie). Beschouw verder de invloed van brand niet alleen plaatselijk, maar eveneens voor de totale bouwconstructie. De inbrandsnelheid β is afhankelijk van het CLT element dat wordt toegepast en moet worden aangetoond. Na delaminatie (het afvallen van de onderste laag) volgt een verdubbeling van de inbrandsnelheid. In de ETA moeten verder brandspecificaties worden vermeld. Voor Bouwtoezicht is van belang dat in de betreffende ETA verwezen moet worden naar EAD 13005-00-0304 ‘Solid wood slab element for use as structural element in buildings’ (2015). Verder moeten de inbrandsnelheden worden gecontroleerd en de verbindingen moeten bestand zijn tegen brand. AFVALLENDE LAMELLEN Uitgangspunt is verder dat aangetoond moet worden of de kans bestaat dat de lamellen bij de lijmlagen eraf kunnen vallen of niet. In de huidige CLT producten worden veelal PU en MUF lijmen gebruikt. Daarvoor moet als uitgangspunt worden aangenomen dat de lamellen er af kunnen vallen. Indien met constante inbranding wordt gerekend, zal dat met proeven aangetoond moeten worden. VERBINDINGEN Bij CLT constructies zijn verbindingen veelal maatgevend. Tijdens de vergunningsfase moet een principe voorstel zijn gedaan voor het waarborgen van de stabiliteit, inclusief detaillering ervan. Verbindingen hebben invloed op de vervorming van de gehele bouwconstructie. Het schroeven van verbindingen wordt het meest toegepast. Bij voorkeur niet schroeven in de kopse lamellen, altijd in de langs lamellen. Controleer of de schroeven zijn gecertificeerd. Verschillende leveranciers leveren diverse types, diameters en lengtes, veelal zelf borend. Voorbeelden zijn Rothoblaas, Wurth en Hecofix. Schroeven met gedeeltelijk schroefdraad kunnen worden gebruikt voor het laten aansluiten van elementen op elkaar. Volledige schroefdraad kan worden gebruikt voor wisselende krachtrichtingen en sterkere verbindingen. Schroeven in CLT constructies met een impact- of momentboor moeten volgens richtlijnen van producent worden aangebracht. Bij grotere over te dragen krachten, zoals bij aansluiting van stabiliteitselementen, kunnen stalen verbinders worden toegepast. Dit kunnen speciale elementen zijn of standaard handelsproducten, zoals simpele trekankers of afschuifverbindingen, of zogenaamde ‘Spiders’. De leveranciers geven catalogi uit of rekenprogrammatuur waarmee de sterkte van de verbindingen kan worden bepaald. Aandachtpunt hierbij is dat gecontroleerd moet worden welke aannames in de berekeningen en catalogi worden gedaan voor wat betreft dichtheid van het basismateriaal, de randafstanden en onderlinge afstanden, et cetera. Tref tot slot voldoende maatregelen tijdens de uitvoering ter voorkoming van delaminatie van de elementen, onder andere door de elementen met folie af te plakken. Vermijd zo veel mogelijk natte weersomstandigheden en zorg voor voldoende ventilatie indien de elementen nat zijn. Let bij natte weersomstandigheden op gladheid van houten vloeren. Dit artikel is tot stand gekomen met medewerking van: Dick Bezemer, voorzitter van het Centraal Overleg Bouwconstructies (COBc) en teammanager bouwconstructies, bouwfysica, brandpreventie en funderingsloket bij Gemeente Rotterdam. Haico Smit, Adviseur Constructieve Veiligheid, Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied. Op 1 maart 2024 is Mediavaert opgeleverd: het nieuwe hout-hybride hoofdkantoor van DPG Media Nederland in Amsterdam-Duivendrecht. Met een omvang van 44.700 m2 mag het gebouw zich tot één van de grootste hout-hybride kantoren van Europa rekenen. Foto: Ossip van Duivenbode. CLT wand houten woongebouw Valkensteyn in Rotterdam. Foto: LinkWood.
13 NUMMER 4 - APRIL 2025 THEMA HOUT Meest duurzame rijtjeshuis van Nederland Op 18 februari is de verkoop gestart van acht klimaatpositieve woningen van Ballast Nedam Development in Natuurrijk in het Brabantse Heeze. Het gaat om vier hoek- en vier tussenwoningen. Het Natuurhuis is volgens de ontwikkelaar het meest duurzame rijtjeshuis van Nederland. Deze Natuurhuizen zijn biobased en hebben een houtconstructie met stro-isolatie waardoor ze een aanzienlijke hoeveelheid CO2 opslaan. De woningen hebben verder deels een groen dak en groene gevel. De woningen wekken bovendien meer energie op dan ze verbruiken. TEKST: FRANK DE GROOT, MET DANK AAN BALLAST NEDAM DEVELOPMENT BEELD: BALLAST NEDAM DEVELOPMENT carbon credit. Dat is een verhandelbaar certificaat van verifieerbare en meetbare CO2 compensatie. Ieder krediet vertegenwoordigt één ton minder koolstofdioxide (CO2) of een equivalent daarvan in de atmosfeer. De uitgifte van carbon credits is een wereldprimeur, want dit zijn de eerste woningkopers die bij de aanschaf van hun klimaatpositieve Natuurhuis een carbon credit ontvangen. Natuurhuiskopers dragen zo bij aan de compensatie van CO2-uitstoot door de natuurvriendelijke, langdurige CO2-opslag, verwerkt in hun eigen huis. Kopers komen met Natuurhuis in aanmerking voor een aantrekkelijke biobased hypotheek. ENERGIE-PRODUCEREND EN NATUURLIJK Het Natuurhuis heeft een casco van prefab houten elementen, die zijn gevuld met geperst stro. Strotec is de Nederlandse leverancier van de prefab stropanelen, gemaakt door EcoCocon. Deze leverancier biedt een compleet wandsysteem aan met exact op maat gemaakte HSB-stro-elementen. De modules zijn tot vijf lagen dragend en hebben een uitstekende Rc-waarde. Daarnaast is het stropaneel gecertificeerd. Dat maakt het een verantwoord product, zeer geschikt om mee te bouwen en bovendien op grote schaal toe te passen. Daarnaast heeft de woning aan één zijde een groen dak en de bovenverdieping een groene gevel. Aan de zonzijde heeft de woning een dak met zonnepanelen. Er zijn aan de ‘groene’ zijde talloze mogelijkheden voor erkers en pergola’s. De woningen stimuleren als een soort ecoduct de biodiversiteit om het huis en in de wijk. Daarnaast zorgen de groene daken en gevels voor waterbuffering bij hevige regen en bij grootschalige toepassing in stedelijke gebieden beperken de groene daken en gevels hittestress. Ook verhogen ze de isolerende werking en biodiversiteit. De Natuurhuizen produceren meer energie PRIJSVRAAG De Natuurhuizen zijn het winnende concept naar aanleiding van een zoektocht naar schaalbare klimaatpositieve rijwoningen die Ballast Nedam Development eind 2021 startte. Vanuit 70 inzendingen kwam uiteindelijk de combinatie van Strotec, Bouwbedrijf Van Herpen en architecten|en|en met het winnende plan. Deze acht woningen vormen het eerste pilotproject en schrijven daardoor geschiedenis met stro. van De Bulders, een gebiedsontwikkeling van zo’n 350 woningen vlakbij Eindhoven. Onno Dwars, CEO bij Ballast Nedam Development: “De manier waarop wij naar de gebouwde omgeving kijken is in rap tempo veranderd. Niet langer zien wij bouwen van woningen als slecht voor het milieu. Het tegenovergestelde is waar. We kunnen door radicale verandering in de bouw en vastgoed zelfs CO2 gaan opslaan in onze projecten. Dit nieuwe perspectief op onze industrie is een revolutie waarmee wij eigenhandig de transitie vormgeven. Dat is precies wat al ruim 145 jaar in het DNA van Ballast Nedam zit.” CARBON CREDITS In samenwerking met de Climate Cleanup Foundation geeft Ballast Nedam Development de kopers van ieder Natuurhuis één Het Natuurhuis is voor meer dan 95% biobased. Zo worden er naast stro, een restproduct uit de agrarische sector, een heel scala aan andere biobased materialen toegepast. Zo is het casco, inclusief verdiepingsvloeren, van hout en worden tevens leemstuc en houtvezelplaten gebruikt. Daarmee slaat deze woning 90 ton CO2 op. Het Natuurhuis is ontwikkeld door Ballast Nedam Development en is in samenwerking door architecten|en|en en Strotec ontworpen. De woningen worden gerealiseerd door bouwbedrijf Van Herpen. De koopsommen variëren van € 505.000,- tot € 550.000,- vrij op naam. De woningen komen in Natuurrijk, onderdeel Natuurhuis met aan één zijde een groen dak en deels een groene gevel. Natuurhuis met aan zonzijde zonnepanelen. Er zijn aan de ‘groene’ zijde talloze mogelijkheden voor erkers en pergola’s. dan ze gebruiken om het huis te verwarmen. De extra opgewekte energie kan gebruikt worden voor huishoudelijke apparatuur en is dus goed voor het milieu én voor de portemonnee. Kopers krijgen met een energiepositieve woning meer hypotheekruimte. Het Natuurhuis gaat ook verder achter de voordeur: zo komt Natuurhuis standaard met een circulaire keuken van Bruynzeel; ‘Circo!’ genaamd. Bruynzeel Keukens produceert de volledig circulaire Circo!-keuken in Nederland. De keuken is gemaakt van oude keukenkasten, de handgrepen zijn van oceaanplastic en de keuken is volledig herbruikbaar, waardoor de kringloop wordt gesloten. Met onder andere een geïntegreerde kweekkast voor verse kruiden en kleine groen of sla draagt de keuken bij aan een duurzame levensstijl en afvalreductie. Speciaal voor Natuurhuis is de keuken uitgevoerd in een nieuwe ingetogen en harmonieuze kleur tussen beige en grijs.
www.bouwtotaal.nlRkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=