BouwTotaal 9 - 2021

PLATFORM VOOR HEEL BOUWEND NEDERLAND 40 “Discussie brandveiligheid isolatiematerialen mist nuance” Over de brandveiligheid van constructies en toegepaste isolatiemate- rialen bestaan veel meningen. Vooral kunststof hardschuimisolatie, zoals EPS en PIR, wordt nog wel eens ter discussie gesteld. Verzeke- raars kijken kritisch naar als ‘brandbaar’ geclassificeerde isolatie - materialen. Is deze kritische houding wel terecht? De discussie over isolatiematerialen vraagt om nuancering. Zo blijkt uit het gesprek van BouwTotaal met drie deskundigen van Stybenex, de vertegen- woordiger van de Nederlandse fabrikanten van EPS. TEKST: ING. FRANK DE GROOT BEELD: STYBENEX Dat was even schrikken: op zondag 29 augustus 2021 verwoestte een grote brand een appartementsgebouw van twintig ver- diepingen in Milaan. Gelukkig vielen er geen slachtoffers, maar de brand deed denken aan de vuurzee in de Londense Grenfell Tower. Ook bij deze brand verspreidde het vuur zich razendsnel langs de gevel. Bij geen van deze branden was echter EPS toegepast. “Toch merken we dat er op social media gelijk aan kunststof isolatiemateriaal wordt ge- dacht, terwijl we uit betrouwbare bron weten dat de gevels in Milaan waren geïsoleerd met minerale wol, dat toch als onbrandbaar wordt gezien. Dat geeft maar weer aan dat we naar de totale constructie- of systeemopbouw moeten kijken en niet naar één specifiek materiaal”, zegt Hugo Smits, projectmanager R&D bij IsoBouw Systems (lid van Stybenex). POPULAIR ISOLATIEMATERIAAL EPS (geëxpandeerd polystyreen) is één van de meest populaire isolatiematerialen in de bouw. Het wordt vooral bij isolatie van vloe- ren, platte en hellende daken toegepast. “In de gevel zien we ook steeds meer EPS. Dat komt door de opkomst van buitengevelisola- tiesystemen, onder andere met steenstrips bij toepassing van prefab gevelelementen. Bij renovatieprojecten zie je steeds vaker buitengevelisolatiesystemen met pleister- werk”, zegt Rogier Goes, directeur Stybenex. Hij is geen onbekende in de bouw, want hij was al eens van 1994 tot 1998 secretaris mi- lieuzaken bij Stybenex. Daarna was hij onder meer elf jaar directeur van de Nederlandse Vereniging Toeleverende Bouwmaterialen- industrie (NVTB). Daarnaast stond hij aan de basis van de oprichting van Stichting MRPI (Milieurelevante Product Informatie) en was hij elf jaar adviseur bij Aedes, vereniging van woningcorporaties. Door de energietransitie zal de vraag naar goed geïsoleerde woningen in zowel de nieuw- als bestaande bouw de komende jaren flink toenemen. Aardgas maakt plaats voor warmtepompen en warmtenetten, die werken met lage temperatuurverwarmings- systemen, zoals vloerverwarming. Om de woningen met dergelijke systemen efficiënt warm te houden is een goed geïsoleerde schil onontbeerlijk. “De vraag naar isolatie zal de komende jaren groot zijn en blijven. Ook vol- gens de trias energetica is het belangrijk om eerst de warmte- en koeltevraag te beperken en dan pas te kijken naar duurzame warm- tebronnen. We staan dus voor een forse opgave. Maar dat vraagt wel betaalbare, duurzame en circulaire isolatiematerialen met een hoge isolatiewaarde. EPS heeft een hoge isolatiewaarde en bestaat voor 98% uit lucht. Hierdoor heeft het een zeer gering gewicht en het is ongevoelig voor vocht. Belangrijk is ook dat EPS aan het eind van de gebruiksduur prima is te recyclen en dat maken we ook echt waar”, zegt Rogier Goes. CIRCULAIRE ISOLATIE EPS dat overblijft op de bouwplaats kon altijd al retour naar leden van Stybenex om er nieuwe producten van te maken. Maar sinds kort is ook EPS dat vrijkomt uit sloopobjecten te recyclen. Gerrit Jan Kuiper van Kingspan Unidek (lid Stybenex) vertelt: “In juni 2021 is de ultramoderne PS-Loop-faciliteit (PolyS- tyreneLoop, red.) in Terneuzen geopend, die naar verwachting 3.300 ton isolatie materiaal per jaar gaat recyclen. Om transportkosten zo laag mogelijk te houden, persen de deelne- mende bedrijven de isolatieplaten samen in blokken. Per vrachtwagen worden ze naar Terneuzen vervoerd, waar ze worden opgesla- gen. Door een innovatief fysisch proces wor- den EPS en geëxtrudeerd polystyreen (XPS) materialen opgelost en gezuiverd, voordat ze worden omgezet in het gegranuleerde recy- claat zonder verlies van materiaalkwaliteit.” Het project PS Loop wordt ondersteund door partijen uit de hele keten: van grondstofpro- ductie, EPS producenten, verwerkers tot aan EPS recyclers en alle betrokken partijen. Ger- rit Jan Kuiper: “Als officieel recycling-HUB is onder meer Kingspan verantwoordelijk voor het inzamelen en voorbehandelen van de EPS-restproducten voordat ze bij de PS-Loop-fabriek aankomen. De HBCD-vlam- vertrager die voor 2016 in EPS-platen werd gebruikt, wordt tijdens het proces veilig ver- wijderd en vernietigd, terwijl de waardevolle broomcomponent wordt teruggewonnen. De polystyreen kan weer als grondstof dienen voor nieuwe EPS-producten.” ZONNEPANELEN EN EPS-DAKEN Ondanks de vele voordelen van EPS, is er in de markt discussie over het brandrisico van EPS. Vooral verzekeraars stellen zich terughoudend op. IJsstadion Thialf schakelde bijvoorbeeld in juni 2020 alle zonnepanelen op het dak uit. Dit omdat de brandverzeke- ring door de verzekeraar werd opgezegd vanwege de slechte technische kwaliteit van de PV-installatie, maar ook op basis van de onbewezen argumentatie van slechte inter- nationale schadestatistieken voor panden met zonnepanelen in combinatie met het bij Thialf gebruikte EPS isolatiemateriaal. Burghgraef van Tiel & Partners, onderdeel van de Troostwijk Groep, heeft in opdracht van de provincie Friesland en Thialf een uitgebreide risicoanalyse gemaakt van het schaatsstadion. Daarbij zijn alle facetten onder de loep genomen, van het gebruikte isolatiemateriaal en de brandcompartimen- ten tot de blusvoorzieningen en de in 2016 aangebrachte zonnepanelen. Conclusie is dat de 5.000 zonnepanelen niet conform de toen geldende normen zijn aangelegd. Hugo Smits noemt ook de miscommunicatie: “Er wordt gesproken over internationale schadestatistieken, maar die zijn niet eens openbaar! Daarnaast komt de schadesta- tistiek die TNO heeft verzameld, op één brand op een niet-woongebouwmet plat dak en zonnepanelen in 2016 (Denekamp). Uit eigen onderzoek kom ik ook maar uit op twee branden in een periode van vier jaar: in 2016 (Denekamp) en 2019 (Dieren). Daarbij was één dak geïsoleerd met EPS en eentje nota bene met minerale wol. Veel informatie over deze branden wordt helaas niet gedeeld. Dit is zeer nadelig voor het onderzoek naar effectieve brandveiligheidsmaatregelen. Wel staat vast dat de problemen veelal liggen bij de PV installatie die de ontsteking van de brand veroorzaakt. Hierna ontsteekt het dak en verspreidt de brand zich snel over het dak. Dat de brand zich snel uitbreidt tussen PV paneel en de dakbedekkingconstructie, on- geacht het toegepaste isolatiemateriaal, is in diverse internationale onderzoeken al aange- toond. Om deze uitbreiding te beperken zijn al diverse maatregelen, zoals vliegvuurbe- stendige dakbedekking, compartimentering en brandwerende dakdetails, opgenomen in het Bouwbesluit, NEN 7250 en de Vakrichlijn voor gesloten dakbedekking constructies (BDA, Vebidak, Dakmerk).” SCOPE 12 INSPECTIE Steeds meer verzekeraars vragen om een SCIOS Scope 12 elektrische inspectie van de zonnestroominstallatie, die bestaat uit een

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=