29 NUMMER 10 - OKTOBER 2025 INNOVATIE & INSPIRATIE Bouwfouten Bouwkundige blunders BOUWFOUTEN Veilig inspecteren van PUR Een echtpaar met een woning uit de jaren tachtig overwoog, zoals veel mensen, deze te laten isoleren. Doel was energiebesparing een aangenamere temperatuur. Dus werd besloten de spouwmuren te laten vullen, het dak aan de binnenzijde te isoleren en onder de begane grondvloer isolatie aan te laten brengen. Het dak zelf gedaan, de spouw en de vloer laten doen. De keuze viel op PUR onder tegen de begane grondvloer. Nou, dat hebben ze geweten… neembaar. De bewoners kunnen slechts een uur in de woning zijn en zetten alle ramen en deuren tegenover elkaar open. Ondanks dat blijft de geur in de woning hangen. Zelfs na enkele weken wordt de geur nog waargenomen. Voornamelijk in de hal bij het openen van de meterkast wordt de sterkste geur waargenomen. Na verloop van enkele weken krijgen de bewoners last van gezondheidsklachten waarvoor de huisarts wordt bezocht. Er wordt ook een ozonbehandeling in de woning uitgevoerd. Na een maand nemen de klachten af en lijkt de geur ook minder te worden. Bij openen van het kruipluik wordt de geur echter nog steeds waargenomen en ook in de meterkast is de geur regelmatig nog waarneembaar. KLACHT De klacht over de stank wordt meteen gemeld bij de aannemer. Deze geeft aan dat er bij de applicatie problemen zijn geweest met de installatie waarmee het schuim is aangebracht. Hierdoor is het proces van aanbrengen in de kruipruimte tweemaal onderbroken waarbij de installatie is nagezien, een proef is gespoten en opnieuw is gestart. Door de aannemer wordt aangegeven dat desondanks het schuim in de kruipruimte voldoende is uitgehard. De aannemer toont echter alle begrip voor de klachten en geeft aan dat het mogelijk is de PUR weer te verwijderden en af te voeren als de bewoners dat wensen. De aannemer wil dan echter de kosten voor de aanschaf van de PUR niet vergoeden. De bewoners zijn van mening dat de aannemer het PUR schuim moet verwijderen en de prijs voor het aanbrengen moet terugbetalen. ONDERZOEK Via de rechtsbijstand van de bewoners wordt een onderzoek aangevraagd waarbij moet worden onderzocht of de PUR in de kruipruimte juist is aangebracht. Na een uiteenzetting van het verhaal van de bewoners voorafgaande aan het onderzoek ter plaatse, rijst de vraag of het veilig genoeg is om de kruipruimte te betreden wanneer de PUR schuim niet juist is uitgehard. Dit in verband met de zorg om sensibilisering voor isocyanaten. Tijdens het onderzoek wordt slechts een licht afwijkende geur vanuit de kruipruimte waargenomen door de bouwpatholoog. De kruipruimte is geventileerd middels nieuw aangebrachte ventilatiekokers in de gevels. De enige opening in de vloer onder het kruipluik blijkt maximaal 37 cm in het vierkant te zijn; erg krap. Daarnaast blijkt de vrije hoogte in de kruipruimte maximaal 50 cm te bedragen en onder de balken en andere obstakels zelfs maximaal 40 cm en plaatselijk minder. Er is dus geen sprake van een ‘kruipruimte’ maar een ‘inspectieruimte’ die bij voorkeur niet betreden moet worden voor werkzaamheden. Toch is PUR aangebracht. De grootste afstand door de kruipruimte, van kruipluik naar het verste punt in de kruipruimte, is circa 15 meter. In de kruipruimte worden verschillende kleuren PUR waargenomen en verschilt de oppervlaktestructuur plaatselijk sterk. Bij het maken van insnijdingen blijkt op verschillende plaatsen het schuim niet goed ontwikkeld en is kleurverschil zichtbaar. Ondanks dat is het schuim wel uitgehard en wordt geen verkleving van schuim aan het isolatiemes waargenomen. De dikte van de PUR-laag blijkt gemiddeld circa 6,5 centimeter. Plaatselijk is de laag niet sluitend en dekkend aangebracht en is het beton van de vloerconstructie zichtbaar. Aansluitend op de visuele inspectie is een meting uitgevoerd met behulp van een ‘snuffelapparaat’ in de kruipruimte en de meterkast. Hiermee zijn luchtmonsters genomen die zijn gecontroleerd op diisocyanaten: HDI, MDI, 2,4-TDI en 2,6-TDI. ANALYSE & CONCLUSIE Uit het visueel onderzoek is gebleken dat sprake is van een inspectieruimte en geen kruipruimte. Dit is vrijwel zeker van invloed geweest op de kwaliteit van de uitvoering. Waargenomen is verder dat de in de opdracht overeengekomen gemiddelde 11 cm dikte niet is gehaald (gemiddeld 6,5 cm). Daarnaast is de PUR niet sluitend en dekkend aangebracht over de gehele onderzijde van de vloer van de woning en zijn er meerdere ‘openingen’ in de PUR zichtbaar. Verder is duidelijk zichtbaar aan het oppervlak van de PUR en de insnijdingen dat de kwaliteit te wensen overlaat. Er is sprake van meerdere kleuren, slecht ontwikkeld schuim, onvoldoende hechting van schuim en verschillende structuur. Ondanks dat is geconstateerd dat de PUR inmiddels wel op alle waargenomen plaatsen voldoende is uitgehard. De concentraties voor alle geïndiceerde stoffen zijn onder de detectiedrempel gebleven. Het snuffelapparaat heeft geen schadelijke concentraties gedetecteerd. In de woning is op het moment van meten sprake van een lager niveau dan het MTR (Maximaal Toelaatbaar Risico) of VR (Verwaarloosbaar Risico) niveau. Tijdens het onderzoek is door de bewoners aan enkele monsters PUR geroken, die licht aromatisch waren. De geur werd door hen direct als de overlastgevende geur herkend. Op basis van de mededelingen kan niet worden uitgesloten dat in het begin wel sprake is geweest van overschrijdingen van het VR of MTR niveau. Dit is echter niet vastgesteld anders dan dat de klachten van de bewoners door de arts als allergische reacties zijn beoordeeld. HERSTEL Mede op basis van de conclusies van het rapport is besloten de PUR te laten zitten. Door de aannemer is het aanschafbedrag teruggestort op de rekening van de bewoners als een tegemoetkoming in de overlast. Bewoners hebben hiermee besloten het hoofdstuk achter zich te laten. De begane grondvloer bestaat uit een wat oudere combinatievloer, ook wel balken broodjes vloer genoemd. De spouwmuren zijn gevuld met polystyreen parels en de onderzijde van de vloer is van polyurethaanschuim voorzien, in het werk gespoten. De kruipruimte is mooi schoon en relatief droog. De vrije hoogte is beperkt en de toegang tot de kruipruimte is maar één klein kruipluik, met daaronder kruipgaten tussen de verschillende compartimenten. Alle isolatiewerkzaamheden van spouw en kruipruimte zijn in één arbeidsgang uitgevoerd. Tijdens de werkzaamheden en de dag er na is overnachting geboekt in een hotel en na de werkzaamheden is het kruipluik langere tijd gesloten gehouden. Na enkele dagen in het hotel is bij terugkomst in de woning een sterke geur waar- PUR is niet aaneengesloten aangebracht. Ook verschilt de oppervlaktestructuur plaatselijk sterk. Opening kruipluik blijkt slechts 37 cm in het vierkant. Daarnaast is de vrije hoogte in de kruipruimte 40 tot 50 cm, plaatselijk nog minder. Er is dus sprake van een ‘inspectieruimte’ in plaats van kruipruimte. Er is sprake van meerdere kleuren PUR, slecht ontwikkeld schuim, onvoldoende hechting van schuim en verschillende structuur. Verschillen in structuur.
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=