BouwTotaal 03 - 2024

5 NUMMER 3 - MAART 2024 ACTUEEL COLUMN JOHAN OLTVOORT Een dak boven je hoofd hebben is een eerste levensbehoefte. Gedreven door het tekort aan woningen op dit moment is men op zoek naar nieuwe mogelijkheden om snel woningen te kunnen leveren. Woningen splitsen, woningen optoppen, woningen kleiner maken en woningen tijdelijk neer zetten, transformatie van kantoren of andere panden naar wonino gen. Eigenlijk zijn dit pleisters op een wond die veroorzaakt is door gebrek aan leiderschap en een gebrek aan regie. En hopen we niet met z’n allen dat dit probleem vanzelf oplost? Wat zou het gaaf zijn als een nieuwe regering dit adequaat oppakt. Duidelijkheid creëren waar en hoe we kunnen gaan bouwen in Nederland. Bij voorkeur niet onder de zeespiegel bouwen, tenzij we bouwen op kelders die kunnen drijven. Regeren is vooruitzien, dus geen korte termijn oplossingen. Want het ontlopen van een permanente oplossing is zeker niet duurzaam. Ook al is het op korte termijn een oplossing, op de lange termijn zeker niet. Het is ook kapitaalvernietiging. Woningen bouwen die klein zijn lossen het probleem eveneens niet op. De prijs zal lager zijn, maar hoe is het met het woongenot en uitbreidingen/flexibiliteit naar de toekomst toe? Optoppen zou kunnen als de fundering en de rest van de constructie daarvoor geschikt zijn. Woningen splitsen kan soms ook, maar daar is het lastig om een oplossing te vinden voor onder meer de entree, geluidsoverlast en installaties. NIEUWBOUW Nieuwbouw is een goede oplossing. En dan niet zo maar nieuw bouwen, maar Bouwen 2.0. Niet het rendement van de projectontwikkeling of de gemeentelijke grondposities moeten de drive van het toekomstig bouwen zijn. De intrinsieke motivatie van alle betrokken partijen om een land te bouwen waar het voor iedereen goed toeven is moet de motor zijn. Het is heel belangrijk is om niet te kijken naar de vraag op dit moment, maar naar toekomstige vraag. Dit vraagt holistisch denken. Dat denken kunnen we in Nederland, we moeten het planmatig en gestructureerd doen. Rekening houden met alle betrokkenen en samenwerken met alle partijen: samen én werken. Nieuwe woningen moeten flexibel van indeling en functie zijn. Optoppen, splitsen en andere voorzieningen dienen op voorhand meegenomen te worden in het constructieve ontwerp. Wijken met groen en levensruimte. Niet ontworpen vanuit een postzegel, maar vanuit de helikopter. Dit is een oproep van een bezorgde ondernemer die zijn brood verdient in de bouw. Die ziet dat er veel capaciteit niet benut wordt en er veel gepraat en langs elkaar heen gewerkt wordt. Men kijkt naar beneden en niet naar dat punt op de horizon waar we graag naar toe willen. De bouw kan het; samen! Johan Oltvoort Directeur Olbecon en Olcas Johan geeft maandelijks in BouwTotaal zijn visie op de rol van prefab in de bouw. Daken  Dichtgemaakt trapgat voor toekomstige uitbreiding.  Casco woning met mogelijkheid om flexibel wanden te plaatsen. MPG zorgt voor dilemma’s Zijn een zonnepaneel of warmtepomp nu wel of niet duurzaam? De prestaties zijn goed op het gebied van energiebesparing, maar de productie is milieubelastend. Voor installateurs en andere bedrijven in de bouw- en installatieketen wordt het daardoor steeds moeilijker om aan alle duurzaamheidsnormen te voldoen. Techniek Nederland heeft dat laten weten aan demissionair minister Hugo de Jonge van BZK. Dit in antwoord op een internetconsultatie over het voorstel voor aanscherping en uitbreiding van de MilieuPrestatieberekening Gebouwen (MPG).  Volgens de BENG-eisen is het logisch om voor een warmtepomp te kiezen. Maar op basis van de aangescherpte MPG-norm is de milieubelasting van materialen in de warmtepomp te hoog. Foto: LG. “De duurzaamheidsnormen werken niet altijd dezelfde kant op. Het zou goed zijn om tot één integrale duurzaamheidsnorm te komen”, aldus Laurens de Vrijer, Hoofd Werkgever- en Ondernemerschap bij Techniek Nederland. In principe is de brancheorganisatie voorstander van de voorgestelde aanscherping (MPG voor woningen van 0,8 naar 0,5, kantoren van 1,0 naar 0,85) en uitbreiding (onder meer introductie milieuprestatie-eis voor andere gebruiksfuncties, aparte eis kleine woningen) van de MPG. Maar de brancheorganisatie heeft zorgen over de uitvoerbaarheid. WARMTEPOMP De Vrijer noemt als voorbeeld de warmtepomp: “Volgens de eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG) is het logisch om voor een warmtepomp te kiezen. Maar op basis van de aangescherpte MPG-norm is de milieubelasting van materialen in de warmtepomp te hoog. De MPG houdt geen rekening met de klimaatwinst van de warmtepomp tijdens de gehele levensduur. Met een warmtepomp verbruikt een nieuwbouwwoning geen aardgas meer en daalt de CO2-uitstoot met de helft. De warmtepomp levert dus een onmisbare bijdrage aan het behalen van de klimaatdoelstellingen. Welke norm krijgt straks voorrang en wie bepaalt dat?” Om dit soort dilemma’s te voorkomen vindt Techniek Nederland dat er een integrale duurzaamheidsnorm moet komen. TE WEINIG BESCHIKBARE DATA Voor een goede MPG zijn data nodig. Die zijn er van de meeste bouwmaterialen wel, maar van veel technische installaties en componenten ontbreken ze nog. Als het aan Techniek Nederland ligt, blijft de overheid de uitbreiding van beschikbare data stimuleren en fabrikanten daarvoor een financiële tegemoetkoming geven. Een tweede oplossing is om het systeem van de milieuverklaringen te wijzigen. Gedacht kan worden aan een ‘light-versie’ van een milieuverklaring, waardoor er sneller betrouwbare data beschikbaar komen. De Vrijer: “Nederland is geen eiland. We kunnen kosten besparen door voor het vaststellen van de MPG zoveel mogelijk aan te sluiten op de Europese standaarden.” De MPG-norm geldt landelijk, maar de handhaving moet op lokaal niveau gebeuren. Handhaving kost tijd en geld. Techniek Nederland vindt daarom dat gemeenten middelen moeten krijgen én het commitment moeten hebben om de handhaving serieus op te pakken.

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=