27 NUMMER 3 - MAART 2024 INNOVATIE & INSPIRATIE Bouwfouten Bouwkundige blunders BOUWFOUTEN Slanke boeiboorden In Nederland staan nog veel huizen met een bouwjaar voor het moment dat het Bouwbesluit het licht zag; dus voor 1992. Sinds het Bouwbesluit zijn de isolatie-eisen voor heel Nederland gelijk. Deze zijn in de loop van de jaren stevig aangescherpt en inmiddels bedraagt de dikte van dakisolatie zomaar een dikke 20 centimeter. Is het minder dan heb je kans dat de minimaal vereiste isolatiewaarde niet behaald wordt en je dus niet voldoet aan de minimale wettelijke eisen. Maar zult u misschien nog denken: een dakkapel is vergunningvrij toch? En het dak waar de dakkapel in wordt geplaatst, is toch ook niet zo goed geïsoleerd? Juist, en daar gaat het nogal eens mis in de praktijk, ook als u een aannemer inschakelt die beter zou moeten weten. niet helemaal volgens de laatste eisen, maar dat was echt geen enkel probleem. Het bestaande dak was ook niet zo goed geïsoleerd en de dakkapel was vergunningvrij, dus lagere isolatie mocht. De dakkapel was zelfs beter geïsoleerd dan het bestaande dak. De aannemer voelde zich niet verantwoordelijk voor de tocht, want de binnenafwerking was tenslotte niet zijn opdracht. De klachten bleven en na aandringen stuurde de aannemer wel een medewerker. Deze had een PUR-bus bij zich en spoot op enkele plaatsen PUR in naden en vertrok weer. De tochtklachten namen wel iets af, maar er was nog steeds sprake van tocht en koude. De aannemer kwam niet meer en vond het genoeg. ONDERZOEK De bouwpatholoog gebeld en die kwam om de dakkapel te inspecteren aan de hand van de opdracht en om vast te stellen waardoor de koude- en tochtklachten werden veroorzaakt. Ter plaatse werd al snel duidelijk dat de zijwanden niet winddicht waren gemaakt. De folie die tegen de binnenzijde was vast geniet, was niet doorgezet over de aansluiting op het dak. Het dak van de dakkapel sloot niet luchtdicht aan op de zijwangen en het kozijn niet in het regelwerk van de voorgevel. De wind waaide nog steeds door de verschillende aansluitingen heen. Er leek geheel aan de opdracht te zijn voldaan op één opmerking na: de dakkapel zou voldoen aan alle wettelijke minimumeisen. Omdat de dakkapel voldeed aan de voorwaarden voor vergunningvrij plaatsen, was geen vergunningaanvraag beschikbaar. Er waren ook geen tekeningen of berekening van de dakkapel gemaakt, omdat dit niet zou ‘hoeven’. Omdat ook bij de bouw van een vergunningvrije dakkapel moet worden voldaan aan de minimale wettelijke eisen voor nieuwbouw heeft de bouwpatholoog ook voor de zekerheid maar de dikte van het isolatiemateriaal en het soort isolatiemateriaal vastgesteld. Dikte bleek in de zijwanden en het dak gemiddeld 100 mm. In de zijwangen was het een glaswol deken en in het dak een gespoten PIR isolatie. BEOORDELING Aan de opdracht was bijna helemaal voldaan. De dakkapel was casco geplaatst en de raveling was niet fraai, maar was constructief voldoende sterk. Wat echter niet klopte was dat de zijwangen op zichzelf niet luchtdicht waren, er geen winddichte laag was aangebracht en de aansluitingen langs de zijwangen en rond de kozijnen op veel plaatsen de wind rechtstreeks doorlieten. De isolatiewol in de zijwangen was ook niet winddicht, waardoor via de zijwangen en de aansluitingen veel tocht ontstond en de wol nauwelijks isoleerde. Voor het dak en de wanden van het dakkapel geldt de nieuwbouw isolatiewaarde op het moment van maken. Een korte berekening van de minimaal benodigde dikte voor glaswol resulteert in minimaal 18 centimeter (mits winddicht verwerkt) en voor PIR minimaal 15,6 centimeter. Deze dikte was niet geleverd en de dakvloer, het plafond en de wandbeplating zullen dit ook niet voldoende aanvullen. De isolatie voldeed niet aan de minimale wettelijke eisen en daarmee dus ook niet aan de opdracht. Aanpassing was vereist ondanks dat de dakkapel vergunningvrij kon worden geplaatst. De dakkapel had wel een slank boeiboord! De dakconstructie was circa 6 centimeter dunner. HERSTEL Omdat het bestaande dak niet beter was geïsoleerd dan de dakkapel heeft het gezin besloten de isolatiewaarden zo te houden en geen extra isolatie toe te laten voegen. De aannemer gaf aan de dakkapel voor zijn rekening aan de binnenzijde te willen afwerken en het kozijn te willen herplaatsen om de tochtproblemen te verhelpen. Zo gezegd, zo gedaan. Het gezin bleek na deze ruil tevreden. Het werd weer voldoende warm en de tochtproblemen bleken opgelost. TEKST: ING. SJANG DEN OUDEN BUREAU VOOR BOUWPATHOLOGIE TE MONTFOORT WWW.BOUWPATHOLOGIE.NL Een jong gezin heeft een grote woning met donkere zolder. Daar moest een dakkapel komen voor meer licht. Dus een aannemer in de arm genomen en een offerte overeengekomen. De aannemer kwam daarna inmeten en er moesten materialen voor de buitenafwerking worden gekozen. Dit ging zeer vlot en er moest getekend worden op de bon met schetsen en aantekening. De rest zou allemaal goedkomen. De dakkapel zou in de loods worden gemaakt en in één dag worden geplaatst. Op de dag van de plaatsing werd er al vroeg een gat in het dak gezaagd; het dak zakte flink door. Er werd een opvangconstructie gemaakt rond het gat en het dakkapel werd geplaatst met een grote kraan. Buitenzijde afwerken en klaar was het. De binnenzijde zou in eigen beheer verder worden afgewerkt. KLACHTEN Het gezin vond het erg licht geworden op de zolder, maar het was er nu wel veel kouder dan voor het dakkapel. De verwarming kreeg het bijna niet warm en ze voelden veel tocht op de zolder. De dakkapel was toch wel goed genoeg geïsoleerd? De aannemer gebeld en die gaf aan dat het dakkapel prima was geïsoleerd. Misschien Nieuwe dakkapel met slank boeiboord. De folie die tegen de binnenzijde is vast geniet, is niet doorgezet over de aansluiting op het dak. Ook het kozijn sluit niet luchtdicht aan op het regelwerk van de voorgevel. De wind waait nog steeds door de verschillende aansluitingen heen. De isolatiedikte voldoet niet aan de nieuwbouweisen voor daken.
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=