BouwTotaal 9 - 2021
41 NUMMER 9 / SEPTEMBER 2021 BRANDVEILIGHEID eerste inspectie en periodieke vervolgin- specties. Smits: “Het lijkt erop dat de laatste jaren door de hoge kwaliteit van Nederlandse dakbedekkingsbedrijven en PV installateurs, er sprake is van een positief effect op de brandveiligheid van grote industriegebou- wen. Uitgezonderd een brand bij Heineken in Den Bosch in 2020 is ons zelfs géén enkele brand gemeld op een plat dak met zonnepa- nelen op een industriegebouw.” Toch denkt Stybenex samen met de bouw-, installatie- en verzekeringsbranche dat het beter kan en is er een werkgroep gevormd onder leiding van NEN om een nieuwe testmethode te ontwikkelen die brandvei- ligheid van zonnepanelen op gevels, platte en hellende daken aantoonbaar kan maken. Stybenex onderzoekt ook al mogelijke test- methodes bij gecertificeerde brandlaborato - ria. “We zijn vooral gefocust op maatregelen die de brandveiligheid van een plat dak met PV-installaties verder kunnen verbeteren als input voor deze werkgroep.” Smits: “Mocht er toch brand ontstaan op het dakoppervlak dan zal EPS door de inge- bouwde brandvertrager in eerste instantie door smelting wegtrekken van de brand- haard en dus geen directe bijdrage leveren aan brandverspreiding. Pas bij een uitslaande brand kan EPS ook meedoen, want net als bij gebruik van bijvoorbeeld minerale wol zal de dakbedekking dan volop branden. Het gaat dus om de totale constructie-opbouw, niet om individuele materialen. Er bestaan geen belemmeringen om daken met EPS brand- veilig uit te voeren, ongeacht of dat nu mét of zonder PV-panelen is.” BRANDVEILIGHEID GEVELS COMPLEX Naast dakbranden, kunnen er ook gevel- branden optreden. Naar de oorzaken van de gevelbrand van de Grenfell Tower (2017) heeft in Engeland een grootschalig onderzoek plaatsgevonden. Ook Nederland heeft uitge- breid bestudeerd wat dit betekent voor onze bouwpraktijk. “Belangrijke conclusie uit deze bevindingen is ook hier: niet het isolatiemate- riaal, maar de totale gevelopbouw en het niet voldoen aan bouwregelgeving heeft de hoofd- rol gespeeld bij de snelle verspreiding van de gevelbrand. Bij de brand inMilaan lijken de gevelpanelen een belangrijke bijdrage aan de snelle verspreiding te hebben geleverd. Het is dus niet juist om gelijk met de vinger naar het isolatiemateriaal te wijzen. Er is een objectieve en integrale beschouwing nodig van gevelcon- structies”, aldus Smits. Ingenieursbureau DGMR concludeert naar aanleiding van de Grenfell-brand hetzelfde in de whitepaper ‘Brandveiligheid gevels’ uit 2018: ‘De bouwpraktijk probeert de brandvoortplantingsprestaties van een gevel vaak te onderbouwen met de prestaties van de afzonderlijke bouwproducten waaruit de gevelconstructie is opgebouwd. Het Bouwbe- sluit stelt echter eisen aan de gevelconstructie als geheel. Dit is een principieel probleem.’ “De brandvoortplanting over het buitenop- pervlak van een gevel hangt dus af van de gevelpanelen, onderliggende lagen en con- structies en de wijze waarop deze aan elkaar bevestigd zijn; niet van het gebruikte isola- tiemateriaal. De opbouw bepaalt ook hoe en hoe snel de brand zich kan ontwikkelen: de zogenaamde brandreactie. Wij hebben veel gevelconstructies getest, waarbij we de brandreactieklasse B van de gehele construc- tie als minimale eis hanteren. De aansluitde- tails van bijvoorbeeld een raamkozijn, bepa- len of een brand via de spouw kan uitbreiden en er bijvoorbeeld firestops noodzakelijk zijn, volgens de zogenaamde WBDBO eisen. Of dat de brand de constructie binnendringt, bijvoorbeeld via naden tussen afwerkingspla- ten of door spleten en scheuren die ontstaan in het oppervlak als gevolg van de verhitting”, aldus Hugo Smits. Tot slot worden er meer en meer grootscha- lige testen uitgevoerd door de isolatie indus- trie om het effect van een ontwikkelde brand na te bootsen. Tip: controleer de betreffende brandcertificaten of er gehele constructies getest zijn of laat een brandexpert een uitspraak doen, ook als er een zogenaamd onbrandbaar materiaal toegepast wordt. SLIMMER BOUWEN “Uiteindelijk willen we naar slimmer bou- wen”, zegt Smits. “Dat betekent zo efficiënt, duurzaam en veilig mogelijk isoleren met een zo gering mogelijk gewicht. Maar ook het maken van slimme gevels en daken, waar je veilig zonnepanelen op kan plaatsen. Daarnaast is kwaliteitsborging noodzakelijk, met vastlegging van bijvoorbeeld een zonne- stroominstallatie op het dak. Denk aan foto’s en documentatie. Onder de komende Wet kwaliteitsborging voor het bouwen wordt dat zelfs noodzakelijk. Correcte uitvoering heeft meer invloed op de brandveiligheid dan de keuze voor een ander isolatiemateriaal.” Tot slot is er de kritiek dat de fossiele grond- stof aardolie nodig is voor de productie van EPS. Volgens Goes moet dit wel genuan- ceerd worden: “EPS heeft een zeer gunstig milieuprofiel blijkt uit de Nationale Milieu Database. Het energieverbruik voor de productie van EPS is lager dan bij veel andere isolatiematerialen. De EPS-industrie over de hele wereld gebruikt samen maar 0,16 procent van de aardolieproductie. Daar staat tegenover dat met inzet van minder dan één vat aardolie één woning voor altijd optimaal geïsoleerd is en dus een veelvoud aan energie bespaart. En als je gerecycleerd EPS gebruikt neemt het aandeel aardolie nog verder af. Dat moet je dus ook meewegen. Weer een goed voorbeeld dat de totale scope noodza- kelijk is voor een juist oordeel.” STYBENEX Stybenex is de professionele en be- trouwbare vertegenwoordiger van de Nederlandse fabrikanten van EPS producten (ook wel bekend als airpop®, piepschuim of tempex). De organisatie stimuleert het gebruik van EPS omdat het duur- zame, isolerende, beschermende en constructieve kenmerken heeft en daarom voor veel toepassingen de voorkeur verdient. Met de belangenbehartiging, voorlichting en onderzoeken draagt Stybenex bij aan de naamsbekendheid en de goede reputatie van EPS en zorgt voor effectief beleid voor EPS toepassingen. Leden zijn: HSV, Hordijk EPS Ver- pakkingen en isolatie, IsoBouw, Kingspan Unidek, Van Nieuwpoort EPS Products, Synprodo, Ther- moware, VBI Weurt enWolters Europe. www.stybenex.nl In juni 2021 is de ultramoderne PS-Loop-faciliteit (PolyStyreneLoop, red.) in Terneuzen geopend, die naar verwachting 3.300 ton isolatie materi - aal per jaar gaat recyclen.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=