BouwTotaal 11 - 2020
15 NUMMER 11 / NOVEMBER 2020 THEMA BOUWPLAATSINRICHTING AFSPRAKEN ZERO-EMISSIE STADSLOGISTIEK Er komen basisregels voor landelijk geharmoniseerde zero-emis- siezones voor stadslogistiek. Hierbij worden in toenemende mate emissieloze bestel- en vrachtsauto’s ingezet. Dat voorstel staat in een kamerbrief van 5 oktober 2020, die S. van Veldhoven-Van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. In het Klimaatakkoord is overeengekomen dat wordt toegewerkt naar de invoering van middelgrote zero-emissiezones voor stadslogistiek in 30 tot 40 grotere steden vanaf 2025. Het ministerie Infrastructuur enWaterstaat heeft daarover intensief gesproken met ge- meenten, VNG, MKB Nederland, TLN, Evofenedex, RAI Vereniging, BOVAG en Natuur& - Milieu. Dat heeft geleid tot drie basisafspraken: 1. Gemeenten kondigen minimaal vanaf 2021 de ligging en omvang van de zero-emissie- zone aan. Dit is belangrijk om vroegtijdig aan iedereen duidelijkheid te geven. 2. Alle nieuwe bestel- en vrachtauto’s die vanaf 1 januari 2025 op kenteken worden gezet moeten zero-emissie aan de uitlaat zijn om de zeroemissiezone voor stadslogistiek in te mogen. 3. Alle bestel- en vrachtauto’s die rondrijden in de zero-emissiezone moeten vanaf 1 janu- ari 2030 zero-emissie zijn. OVERGANGSREGELING VRACHTAUTO’S In het Klimaatakkoord is voor Euro VI-vrachtauto’s een overgangsregeling afgesproken voor bakwagens van vijf jaar en voor trekker-opleggercombinaties van acht jaar: • Euro VI-vrachtwagens die op 1 januari 2025 maximaal vijf jaar oud zijn (bakwagens), respectievelijk maximaal acht jaar oud zijn (trekkeropleggercombinatie), mogen uiterlijk tot 1 januari 2030 de zone in rijden. • Plug-in hybride vrachtauto’s hebben tijdelijk, tot 1 januari 2030, toegang tot de ze - ro-emissie voor stadslogistiek, als zij daar aantoonbaar en handhaafbaar emissieloos rijden. OVERGANGSREGELING BESTELAUTO’S Voor bestelauto’s is in het kader van het Klimaatakkoord afgesproken dat bij de uitwerking aandacht besteed zal worden aan de situatie van kleine ondernemers met bestelauto’s, om zo aan te kunnen sluiten bij natuurlijke momenten van investeringen. Hiertoe zijn afspra- ken gemaakt over een overgangsregeling. • Bestelauto’s met minimaal Euroklasse 5 hebben tot en met 31 december 2026 onbe- perkt toegang tot de zero-emissiezones voor stadslogistiek. • Bestelauto’s met minimaal Euroklasse 6 hebben tot en met 31 december 2027 onbe- perkt toegang tot de zero-emissiezones voor stadslogistiek. VRIJSTELLING OF ONTHEFFING Daarnaast geldt dat, net als bij de milieuzones, voor specifieke voertuigen een vrijstelling of een ontheffing kan worden afgegeven. Bedrijven kunnen bijvoorbeeld hiervan gebruik maken wanneer voor een specifiek gebruik nog geen zero-emissie voertuig beschikbaar is. Voertuigen waarvoor in ieder geval een ontheffing kan worden aangevraagd zijn – wat de bouwsector betreft - vrachtauto’s voor exceptioneel transport, verhuisauto’s en vrachtau- to’s met een laadkraan met een hefvermogen van 35 tonmeter of meer en die een datum eerste toelating hebben van twaalf jaar of jonger. Zalmhaven: voorbeeldproject duurzame bouwlogistiek EINDCONCLUSIE TNO concludeert dat voor goede bouw- logistiek de afstemming en medewerking binnen de keten cruciaal is. Merriënboer: “Voorwaarden voor het succesvol uitvoeren van bouwlogistiek zijn onder meer: inzicht in de integrale ketenkosten, samen tactisch en operationeel plannen op basis van gedeelde informatie, voldoende schaalgrootte in bouwhubs om kosten te verlagen, een goed doordachte locatie van de hubs, inzicht in de operationele logistieke prestaties en een actieve rol van de lokale overheid bij aanbe- steding en vergunningverlening. Eigenlijk wil je toe naar permanente, goed bereikbare bouwhubs die niet vanuit één project worden opgezet, maar alle projecten in de binnenstad beleveren, zodat ook de tot op heden nog schaarse elektrische vrachtwagens maximaal worden benut op het traject waar ze het meeste effect genereren.” “Voor een deel van de bouwmaterialen heeft overslag op een bouwhub geen zin en is het slechts een kostenverhogende extra keten- schakel. Denk aan beton en zware ruwbouw materialen, die veelal met volle vrachtwagens worden geleverd. Maar voor veel overige bouwmaterialen (palletvervoer, afbouwma- terialen) moeten we voorkomen dat toeleve- ranciers met halfvolle vrachtwagens nog de stad inrijden. Die kunnen ook bij een hub aan de stadsrand de bouwmaterialen afleveren. Dat kost ze veel minder reistijd en bovendien boek je tijdwinst op de bouwplaats, door- dat alle materialen keurig op tijd worden aangevoerd en er dus geen stagnaties meer optreden. Er komen steeds meer logistiek dienstverleners die zich gaan specialiseren in het lastige transport van de last-mile de binnenstad in, liefst emissievrij. Er ontstaan zo hele nieuwe verdienmodellen.” Merriënboer besluit: “Een grote uitdaging ligt er tot slot bij de talrijke renovatieprojecten in de binnensteden. Dit zijn veelal kleinere projecten die versnipperd over de binnen- stad liggen. We zijn nu bezig om te kijken of we voor renovatieprojecten – van klein naar groot – ook een duurzame bouwlogistiek op kunnen zetten. Dan denk je aan een transport vanaf de bouwhub naar meerdere bouwpro- jecten op een dag. De ‘last mile’ gaat ook voor de bouwsector heel belangrijk worden.” Foto: BAM Bouw en Techniek. In Rotterdam verrijst de Zalmhaven I. Deze is onderdeel van het Zalmhavenproject. De toren is straks met een hoogte van 215 meter de hoogste woontoren van de Benelux. Bouwbedrijf BAM Bouw en Tech- niek heeft door plaatsgebrek op de bouwplaats en de binnenstede- lijke locatie vooraf een uitgekiende bouwlogistiek uitgewerkt. Hierin speelt een bouwhub een belangrijke rol. De Zalmhaven I rijst langzaam op in de sky - line van Rotterdam. Opvallend is de hijsloods die op de top staat en zichzelf omhoog vijzelt. Een kraan in de hijsloods zorgt voor het verti- cale transport van alle elementen, waarna ze overdekt worden verwerkt. Zo komt er per week een verdieping bij. Bij de bouw van de Zalmhaven I zijn tientallen onderaannemers betrokken, die normaal gezien allemaal hun eigen logistieke planning uittekenen. Dat is uiteraard niet gunstig voor de algemene lo- gistiek. Door gebruik van de bouwhub is het aantal vrachtwagenbewegingen behoorlijk verminderd. Deze bouwhub bevindt zich op een kwartiertje rijden van de bouwplaats en wordt gebruikt voor opslag en prefabricage. Zo worden gevelelementen van de balkons op de hub in elkaar gezet en daarna pas vervoerd naar de bouw. Alle toeleveranciers brengen hun materialen naar de bouwhub. Van daaruit worden de materialen just-in- time naar de bouwplaats gebracht. Door uitgifte van tickets weet BAM precies wie er wanneer op het bouwterrein is en welke werken voorzien zijn. Dat is belangrijk voor de planning van de kraan. Door de bouwhub is bij de ruwbouw het aantal trucks verminderd met 25 tot 30%. De winst op het transport van klein materiaal, zoals gereedschap, pluggen, ducktape en ander grijpmateriaal, is nog groter. Hiervoor worden tien keer minder vrachtwagens inge- zet. Twee keer per week rijdt een elektrisch bestelwagen met dit klein materiaal naar de bouwplaats. Bouwplaatspersoneel komt zoveel mogelijk met het ov of zet hun auto op de P+R. De Zalmhaven is een project van Zalmhaven CV, een samenwerkingsverband van gebieds- en vastgoedontwikkelaar AM en gebiedsont- wikkelaar en investment manager Amvest, en wordt gerealiseerd door BAMBouw en Techniek. Rokus Vlot, eigenaar van Vlot Logistics (links) en Gerke Haisma, bedrijfsleider bij ERA Contour (rechts) staan bij de eerste volledige elektrische 50 tons autolaadkraan met aanhangwagen. Een voorbeeld van zero-emissie stadslogistiek.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=